- 24 -
opnieuw een aanstelling- is verleend, uordt de ambte
naar geacht met ingang van bedoelde datum te zijn
aangesteld in tijdelijke dienst voor onbepaalde tijd.
2. Ontslag op oen dor gronden als voorzien in dit hoofd
stuk kan aan do ambtenaar, als bedoeld in het eerste
lid, worden verleend mot ingang van oen datum gelegen
vóór de datum waarop hot dienstverband van rechts
wege zou zijn geëindigd.
Artikel 80.
1Indien aan de ambtenaar, die is aangesteld in tijde
lijke dienst voor onbepaalde tijd ontslag wordt
verleend omdat do omstandigheid, welke ingevolge het
bepaalde in artikel 4, vierde lid, tot aanstelling
leidde, is vervallen, wordt een opzegtermijn in acht
genomen
a. van 3 maanden, ingeval do betrokkene bij het
begin van de opzegtermijn laatstelijk 12 maanden
onafgebroken in dienst was;
b. van 2 maanden, ingeval de betrokkene bij hot
begin van do opzegtermijn laatstelijk 6 maanden
of langer, doch korter dan 12 maanden onafgebroken
in dienst was;
o. van één maand, ingeval de betrokkene bij hot begin
van de opzegtermijn laatstelijk korter dan 6
maanden onafgebroken in dienst was.
2. Over de tijd, die aan de in hot tweede lid bedoelde
opzegtermijn mocht ontbroken, hooft do betrokkene
recht op doorbetaling dor bezoldiging en op een
uitkering overeenkomstig do bepalingen van do Kindor-
toelageregeling overheidspersoneel
Artikel 81
Gedurende do maand waarin hot overlijden van de ambtenaar
plaats vond en de daarop volgende 3 maanden behouden do
achterblijvende gezinsleden het gebruik der ambts- of
dienstwoning, waarin zij met de ambtenaar woonden.
Daarvan kan echter worden afgeweken, als Burgemeester en
Wethouders dat in hot belang van do dienst noodzakelijk
achten; alsdan is hot bepaalde in do Verplaatsingskosten-
verordening van toepassing.
Artikel 82.
Indien door do ambtenaar voor hot gebruik der ambts- of
dienstwoning oen vergoeding verschuldigd was, voldoen
do achtergebleven gezinsleden deze over dc tijd, gedurendel
welke zij hot gebruik dier woning behouden.
Hoofdstuk VII GEORGANISEERD OVERLEG
Artikel 83.
Alvorens de Raad of Burgemeester en Wethouders over
gaan tot het vaststellen, aanvullen, wijzigen of
intrekken van enig algemeen verbindend voorschrift,
de ambtenaar betref' ends', wordt do commissie bedoeld in
de Verordening regelende het' Georganis rd Overl.-g, ge
hoord.
- -
Hoofdstuk VIII OVERGANGS- en SLOTBEPALINGEN.
Artikel 84-
In afwijking van het bepaalde in artikel 20 is voor de be
rekening van de bezoldiging van de leraren over de periode
van 1 januari tot 1 april 1967 bepalend het leerlingenaan
tal op 1 januari van dat jaar.
Artikel 83.
1. Deze verordening kan worden aangehaald als:
"Rechtstoestandverordening onderwijzend personeel Gemeen
telijk Muziekinstituut".
2. Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden
op 1 januari 1967, met uitzondering van de artikelen 24 en
25, die op 1 april 1967 in werking treden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.