No. 19180.
BE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen bet voorstel van Burgemeester on Wethouders d.d. 29 decente
1966 (bijlage no. 3)
gelet op artikel 171 van de gemeentewet;
BESLUIT:
de door de Provincie Friesland aan de Gemeente aangeboden gift van oen
bank, die geplaatst sal worden in de zuidwestelijke hoek van het terrein
van de Provinciale Bibliotheek alhier, te aanvaarden onder dankzegging
van de schenker voor deze gift.
Aldus vastgesteld in do openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Verlenen van geldelijke steun voor de bouw van 928 woningen in de wijk
"Bilgaard"
Bijlage no. 4. Leeuwarden, 19 december 1966.
Aan de Gemeenteraad.
Begin 1965 werden wij benaderd door de N.V. Bouwbedrijf Knoop en Giezen
te Groningen over de bouw van een aantal woningen in de zogenaamde woningwet-
sector. Genoemde vennootschap was voornemens voor onze gemeente een plan te
laten ontwikkelen door Ir, A. Bonnema b.r. te Hardegarijp, hetwelk zich zou
lenen voor uitvoering volgens het franse "Outinord11-systeem. Dit bouwsysteem
gaat uit van de toepassing van eon staler bekisting voor bouwerken, waarvan
de dragende dwarsmeren en vloeren van beton worden vervaardigd, Op elke ver
dieping worden de wanden en re vloeren tussen twee opeenvolgende dilatatie-
voegen als één geheel zonder onderbreking gestort.Da bekistingssegmenten worden
gevormd door eer; rechte tweevlakshock, waarvan het vertikale vlak bestaat uit
een paneel ter hoogte van de verdieping van een gebouw on het horizontale vlak
.uit een paneel, dat in het algemeen gelijk is aan de halve vloeroverspanning.
De horizontale vlakken van twee segmenten worden vervolgens op het werk aan el
kaar verbonden, zodat als het ware een tunnel ontstaat. Voor het transport van
de bekistingssegmenten in de bouwwerken wordt gebruik gemaakt van een verplaats
bare werkvloer, die telkens één verdieping lager wordt geplaatst, dan die welke
wordt gestort. Voor een vollediger omschrijving van dit bouwsysteem, dat een
belangrijke arbeidsbesparing geeft., moge worden verwezen naar de- bij de stukken
ter inzage gelegde bescheiden.
Wij hebben de toepassing van dit bouwsysteem in april 1965 in .Frankrijk
gadegeslagen en ons daar op verschillende bouwplaatsen nader laten inlichten.
Mede op grond van de aldaar opgedane ervaringen hebben wij ons positief tegen
over het door genoemde vennootschap genomen initiatief opgesteld.
Aangezien ten behoeve van een voor onze gemeente te realiseren plan een
vrij kostbare stalen bekisting zal moeten worden vervaardigd en het geenszins
zeker is, dat deze bekisting ooit voor een ander plan zal kunnen worden
gebruikt, moeten deze bekistingskosten worden omgeslagen over de in onze
gemeente te bouwen woningen. Het is te begrijpen, dat met het oog do.aroo
de uitvoering van een groot plan verre te prefereren is boven een plan voor een
gering aantal woningen. Het moet zelfs worden betwijfeld of een klein plan
ooit kans zou maken om gerealiseerd te worden. Na rijp beraad is daarom be
sloten het bouwbedrijf een offerte te laten maken voor de bebouwing van vier
complete buurteenhedengelegen in de noordelijke helft van het plan Bilgaard,
evenwel met dien verstande, dat de in dat plan geprojecteerde middelhoge bouw
niet in de aanbieding zou worden betrokken. Dat wil dus zeggen, dat de aanbie
ding betrekicing zou hebben op het in iedere buurteenheid geprojecteerde hoge
woongebouw (12 bouwlagen boven het onderhuis) en de in die eenheden gedachte
eengezinshuizen. Daarbij hebben wij toegezegd, dat wij, na aanvaarding van de
bouwplannen, onder ogen zouden zien of deze plannen realiseerbaar zijn tegen
prijzen, die ook voor de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
aanvaardbaar zijn in het lader van de subsidiëring van de woningen op voet van
de toen nog geldende Woningwet 1901, waarvoor intussen in de plaats is gekomen
de nieuwe Woningwet met de daarbij behorende uitvoeringsbesluiten
indien de verwezenlijking van de plannen om financiële redenen of n -or~
band met de contingentering van let woningbouwvolume niet mogelijk zeil blijken te
zijn, dan zou de gemeente ten opzichte van het initiatie/nemende bouwbedrijf
geen enkele financiële verplichting hebben.
De bovenbedoelde woningbouwplannen zijn intussen geheel voorbereid. De
-■".id van voorbereiding van dit plan is vrij lang geweest, zoels overigens
met ieder groot plan het geval blijkt to zijn. Daar komt bij, dat in &c periode
van voorbereiding nieuwe voorschriften en wenken voor hot ontwerp: 1 :a wonin-
'jijn uitgevaardigd, rn verband waarmede de plannen geheel moesten worden
herzien.