T
■ÉMM
- 12 -
Bijlage 3 (vervolg)
b. Buurthuis "de Wielenpolle". Dit buurthuis is tot stand gekomen mot
financiële steun van Rijk, Provincie en Gemeente, maar tengevolge
van een beperkte toepassing van de regeling v oo rhet bijzondere rijks
subsidie, moest nog een lening worden aangegaan van 14-850,
De jaarlijkse lasten hiervan bedragen ruim 1.000,In dit buurt
huis wordt door een gekwalificeerde kracht leiding gegeven aan hot
buurthuiswerk en dientengevolge wordt subsidie van Rijk en Gemeente
genoten in de jaarlijkse exploitatielasten. De kapitaalslasten van
de aangegane lening zijn echter slechts voor een heel klein dool
subsidiabel. Er blijft 1.000,ten laste van het buurthuis.
Op grond hiervan heeft de Gemeente het reeds vóór de stichting van
het nieuwe buurthuis bestaande subsidie ad. 800,-- aan de buurt-
raad gehandhaafd. Om ook hier volledige gelijkstelling te bewerkstel
ligen, zou nog een aanvullend subsidie van 200,nodig zijn.
"De Wielenpölle" ontvangt exploitatiesubsidies van Rijk en Gemeente
ingevolge do rijksregeling voor het buurtwerk. Deze subsidies be
droegen tot dusverre in principe voor beide subsidiërende instan
ties 40$ der exploitatielasten. Het Rijk verleent echter in de
aanloopperiode naast het normale subsidie een bijzonder subsidie,
zulks ter ontlasting van de Gemeente. In de eerste drie jaren be
draagt dit bijzondere subsidie 40$ der exploitatielasten. Gedurende
die jaren behoeft de Gemeente derhalve niet te subsidiëren. Van het
vierde jaar af tot en met het dertiende jaar loopt het bijzondere
rijkssubsidie elk jaar terug met 4$- Re Gemeente neemt dit aflopen
de subsidie geleidelijk voor haar rekening.
In 1967 bedraagt het bijzondere rijkssubsidie nog 28$ on voor re
kening van de Gemeente komt 12$. Ook de rijksregeling voor subsi
diëring van het buurtwerk is evenals de regeling voor het jeugdzorg-
werk m.i.v. 1966 in die zin gewijzigd, dat do bijdrage in de 'per
soneelslasten is verhoogd tot 45$. Deze verhoging geldt alleen het
normale subsidie. Het bijzondere subsidie blijft gehandhaafd op do
tot dusverre geldende percentages. Wanneer de Gemeente (ook in dit
geval) de herziene rijksregeling wil blijven volgen, zodat het
buurthuis in totaal 90$ van de personeelslasten en 80$ der overige
lasten ontvangt, moet zij het bijzondere rijkssubsidie behalve met
do hierboven genoemde 12$ nog aanvullen met 5$ van de personeelslas
ten. Wij stellen voor hiertoe over te gaan. Voor rekening van do
Gemeente komt dan 17$ van de personeelslasten en 12$ van de overige
lasten, dat is naar raming 3-835)Er is in verband hiermee
een aanvullend krediet nodig van 600,Tezamen met het aanvul
lende subsidie ad. 200,-- voor het dekken van de kapitaalslasten
bedraagt het aanvullende krediet 800,
c. Buurthuis "Rengorspark"Dit huis valt onder een andere rijkssub
sidieregeling dan die voor het buurtwerk, hoewel het werk van
"Rengerspark" soortgelijk is aan dat van do "Wielenpolle".
De regeling voor bijzonder jeugd-en volksontwikkelingswerk is hier
van toepassing. Deze regeling kent geen investeringssubsidies. Dij
de exploitatiesubsidies worden wèl de kapitaalslasten in aanmerking
genomen. In dit geval is er dan weer oen andere situatie, n.l. dat
20$ van do kapitaalslasten (de subsidies van Rijk cn Gemeente be
dragen tezamen 80$) ten laste van het buurthuis blijven. Om ook
hier gelijkstelling te bevorderen is bij volgno. 612 jeugdzorgwerk)
voorgesteld een extra gemeentelijk subsidie to verstrekken tot het
bedrag van de ten laste van de exploitatie van het buurthuis "Rengors
park" blijvende kapitaalslasten. Voor 1967 moot deze extra bijdrage
worden geraamd op 1.000, zoals onder genoemd volgno. 612 roods
is vermeld.