- 14 -
7. Verschillende loden merkten
op, van mening te zijn, dat het
vortrekovorschot in zekere mate
toe te schrijven is aan het woon
klimaat in verschillende nieuwe
wijken van do stad.
Be hoogbouw wordt door vele ge
zinnen niet aantrekkelijk gevon
den en hoeft tot gevolg, dat een
aantal workforcnscn van het plat
teland zich niet in Leeuwarden
wil vestigen. Vooral torenflats
zijn voor do gezinnen met kindo
ren weinig geschikt.
0. Worden er wol genoog eengezins
huizen met een eigen tuintje
(en eventueel ruimte voor het
houden van dieren) gebouwd en niet
te veel flats. Er is in het voor
stel inzake de doorstronings-
regeling opgemerkt, dat de meeste
mensen we1 een eengezinshuis wil
len hebben.
Waarom worden die dan niet in gro
tere aantallen gebouwd?
9. Ook werd gewezen op het verschil
in huurprijs. Tussen de huren van
de in Leeuwarden gebouwde wonin
gen en die van de oudere, doch
ook van do nieuwe woningen elders
in de provincie bestaat een aan
zienlijk verschil. Hoe kont liet
dat de huren van do nieuwe woningen
elders zoveel lager liggen?
10. Be hoge huren voor de nieuwge
bouwde woningen gaven oen lid aan
leiding tot het stellen van do
vraag, of de Gemeente niet kan over
gaan tot het aankopen va.n bestaan
de woningen, die zijn gebouwd op in
erfpacht uitgegeven grond dio niet
zal worden verkocht. Bezo woningen
zouden dan tegen een matige huur
kunnen worden verhuurd aan inwoners
of werkforensen net lagere inkomens
onder voorwaarde, dat do oude be
woners een nieuw huis bouwen of
duurder gaan wonen.
Bit lid zei hier vooral het oog te
hebben op bedoelde woningen die op
erfpachtsgrond staan, omdat die
woningen nu minder goed verkoop
baar zijn. Zijn dergelijke woningen
aan de Gemeente te koop aangeboden
en zo ja, door wie.
V/ij kunnen deze mening tot op zeke
re hoogte wol delen.
Het het constateren van bepaalde
euvelen is men er niet. Het is niet
eenvoudig aan de geuite bedenkingen
tegemoet te konen, V/ij mogen op
merken, dat het nu eenmaal onont
koombaar is voor de oplossing van
hot woonvraagstuk in stedelijke ge
meenschappen zijn toevlucht tot
hoogbouw te nonen.
liet is dikwijls uitgesloten oen be -
stomningsplan voor oen stedelijke
wijk financieel "haalbaar" te
naken, wanneer daarin oen gi-otor
aantal eengezinswoningen wordt ge
pland. Een dergelijk plan pleegt
een compromis te zijn van do veelal
tegenstrijdige eisen van ruimtelijke
ordening, architectuur, economie en
wooneioen.
Een uitbreiding van een dorp met
enkele straten zal in de regel niet
die kapitale voorzieningen vergen,
die do stichting van een stadswijk
voor tal van duizenden inwoners
meebrengt en die nu eenmaal sterk
kostenverhogend werken en via de
grondprijs in do huur van de woningen
tot uitdrukking moeten komen.
V/ij noemen in dit verband slechts
de groenvoorzieningen, die in een
stadswijk niet genist kunnen worden.
Overigons is ons niet bekend, dat
in andere grotere woongemeenschappen
kwalitatief vergelijkbare woningen
over hot algemeen tegen lagere
huren beschikbaar kunnen worden ge
stold.
V/ij geloven niet, dat deze woningen
in een beduidend aantal te koop zijn.
Bo vraag is ook, of een rendabele
verhuur tot do door dit lid bedoelde
"matige huur" zou kunnen leiden.
Bovendien vorden deze huizen veelal
reeds bewoond door personen, die niet
in staat zijn een hoge huur te be
talen. V/ij zien in deze suggestie
dan ook geon oplossing van hot ge
stolde probleem.
V/oningen als door dit lid bedoeld
zijn v/el aan de Gemeente aangeboden.
Be Gemeente koopt deze evenwel alleen,
v/anneer zij zijn gelegen in sane-
ringsgebieden of v/anneer zij ze nodig
heeft voor de realisering van plan
nen voor verkeersvoorzieningen of
andere openbare verken.
