Be Gemeente blijft daarenboven geheel vrij, indien enige voor rente en/of aflossing verschuldigde som niet op de daarvoor bepaalde tijd mocht worden betaald, onverwijld alle zodanige maatregelen te nemen tot behoud van hare rechten of tot verhaal van hare vordering als de wet te harer beschikking stelt enhaar nodig of nuttig zullen voor komen. 9- Alle kosten op het sluiten en tenuitvoerleggen van de overeenkomst nu en later, zoals zegelkosten der akte en door het Rijk te heffen zegelrecht op de onderhandse lening, alsmede alle belastingen, waar mede de rentebetalingen van deze lening mochten worden getroffen, zijn, voor zover de wet zulks toelaat, voor rekening van de Stich ting. 10. Be Stichting is gehouden ten genoegen van Burgemeester en Wethouder;, de haar in eigendom toebehorende opstallen tegen brandschade te ver zekeren. 11. Be Stichting is gehouden de sub 10 bedoelde opstallen ten genoegen van Burgemeester en Wethouders te onderhouden. 12. Be besluiten van het stichtingsbestuur tot het vervreemden of bezwa ren van de aan de Stichting in eigendom toebehorende grond en ge bouwen behoeven de goedkeuring van Burgemeester en Wethouders. 13- Het stichtingsbestuur zal vóór de aanvang van elk boekjaar de begro ting van baten en lasten en binnen 3 maanden na afloop van het be treffende boekjaar de balans en verlies- en winstrekening bij Burge meester en Wethouders inzenden. 14. Be besluiten van het stichtingsbestuur tot het doen van investeringen en tot het aangaan van geldleningen en tot het vervroegd aflossen hiervan, voorzover deze niet door de gemeente Leeuwarden zijn ver strekt, zijn onderworpen aan de goedkeuring van Burgemeester en Wet houders. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris Stadhuis Bijlage nr. 37 Leeuwarden, 9 januari 1968. Aan de Gemeenteraad. Bij de behandeling van het plan voor de binnenstad zowel als in ons voorstel van 4 juni 1965 aan de Raad betreffende de huis vesting van de secretarie (bijlage nr. 172) hebben wij U meegedeeld, dat wij voornemens waren V te vragen over een aantal punten met betrekking tot de toekomst van de zetel van het bestuur van onze gemeente en de huisvesting van de secretarie bepaalde beslissingen te nemen. Be vragen, omtrent de situering van het stadhuis gesteld in het verslag van rapporteurs van het verhandelde in de sectie vergaderingen over het ontwerp-binnenstadsplan (bijlage nr.102 van 1965, blz. 17 - 19)gaven hiertoe reeds voldoende aanleiding. Baar kwam nog hij, dat ook de oordeelsvorming in ons college ton aanzien van het door het Architectenbureau Gouwetor en Mulder (thans Gouwetor, Mulder en Tielman) te Rotterdam ontworpen plan voor de verbouwing en uitbreiding van het stadhuis bij ons de be hoefte heeft doen ontstaan om, alvorens op de ingeslagen weg verder te gaan, een duidelijke uitspraak van de Raad uit te lokken omtrent de situering van het toekomstige stadhuis en omtrent enkele daar mee samenhangende principiële punten. Vanzelfsprekend moest ons college zich zelf vooraf diepgaand beraden omtrent deze kwesties en met name ten aanzien van het van zijn zijde daaromtrent in te nemen standpunt. Het lag daarbij voor de hand, dat deze aangelegenheid na een voorlopige behandeling in onze vergadering in het begin van 1966 werd aangehouden tot de toen in de samenstelling van ons college voorzienbare veranderingen hun beslag zouden hebben verkregen. Kort na de eerste dinsdag van september 1966 werd de stadhuiskwestie weer in behandeling genomen. Het zal bij U evenwel geen verwondering wekken, dat ook daarna ons voornemen om U deze kwestie op korte termijn ter beslissing voor te leggen nog niet kon worden verwezenlijkt. Daar kwam nog bij, dat wij behoefte gevoelden over alternatieve mogelijkheden en varianten van het voorliggende plan, de architect en de stedebouwkundige en verkeerskundige adviseurs te raadplegen en dat enkele door ons gevraagde nadere adviezen moesten worden af gewacht. Deze adviezen zijn intussen te onzer beschikking gekomen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1968 | | pagina 113