ocnkomstig do gemaakte afspraak op 2 april 1962 (brief no. 4419) aan de hoer Hellinga mededeling gedaan van do financiële konsokwentieswelke voor hem zullen zijn verbondon aan do exploitatie van zijn eigendommen als bouwterrein. Bij brief van 11 april 1962, no. 4872, hebben wij do hoer Hellinga tenslotte oen ontwerp voor o«n oridordclonplan toegezonden voor hot gebied, gelogen 'tus sen de prof.mrP.S. Gerbrandywcg en do Groningerstraatweg. Ook dosc stukken liggen voor U tor inzage. Aan de hand van al deze gegevens v/as de heer Hel linga in staat een beslissing to nomen omtrent do vraag, of hij al dan niet zelf tot exploitatie van de grond zou overgaan. Op 1 mei 1962 doelde de hoer Hellinga ons schriftelijk mode, dat hij in principe besloten had zelf tot re alisering over te gaan. Deze mededeling werd kort daarna 'namens de eigenaren aangevuld mot de verklaring, dat, behoudens force majeur, binnen drie jaren tot realisering van het uitbreidingsplan zou worden overgegaan. In verband met vorenstaande hebben wij op 24 mei 1962 (bijlage no. 147) aan U voorgesteld de percelen van de heer Hellinga e.c. buiten do onteigening te laten, tot welke onteigening do raad eerder, n.l. op 5 juli.1961, had be sloten. Uit do bovenstaande uiteenzetting blijkt, dat de heer Hellinga zich on danks hot feit, dat hij tijdig de beschikking liocft gekregen over de door hom benodigde gegevens, niet aan de destijds gemaakte afspraken hoeft gehouden. De vermelding in het bezwaarschrift, dat voor het gedeelte van dc boord rij, dat is gelogen ten zuiden van de prof.nr. P.S. Gerbrandywog, 00!: nu nog geen goedgekeurd uitbreidingsplan geldt, is onjuist. Hot betreffende gebied maakt deel uit van het uitbreidingsplan in hoofdzaken, genaamd 't Iclan, vastgesteld bij raadsbesluit van 13 mei 1959, no. 5689, en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Friesland bij besluiten van 1 februari 1960, no. 221 en 4 april 1960, no. 212. Dit plan maakte do bebouwing van het onderhavige tor- rein onmiddellijk mogelijk. Aan hot uitbreidingsplan was waarlijk niet -zoals veelal vol hot geval is- do bepaling verbonden, dat eerst gebouwd zou mogen worden nadat een gedetailleerd uitbrolSings.plan zou zijn vastgesteld. Overi gens merken wij op, dat het eerdergenoemde, op 29 september 1965 vastgestelde uitbreidingsplan "Lckkumerond" ooi: omvat het gebied ten zuiden van de prof. mr. P.S. Gerbrandywcg. Hot bezwaarschrift van do heer Hellinga dient op grond van liet vorenstaan de eveneens ongegrond te worden verklaard. Zoals wij roods in ons voorstel van 7 september 1967 (bijlage no. 255) hebben medegedeeld, worden de onderhandelingen om .langs minnelijke weg te komen tot do aankoop van de voor het verwezenlijken van het uitbreidingsplan Lckku merond benodigde percelen en perooelsgodoolton voortgezet. Zulks hoeft tot resultaat gehad, dat de percelen, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sc. tie F, nos. 6364, 6565, on sectie H, nos. 181 on 176 inmiddels eigendom van do gemeente zijn geworden. In verband daarmede kunnen do grondplannummcrs 1,2,3-6 en 38 van de lijst van to onteigenen percelen worden geschrapt. V/ij geven U in overweging to besluiten tot onteigening van do in het uitbreidingsplan "Lokkumerend" gelegen gronden overeenkomstig het hierbij gevoegde ontwerp. Burgemeester on Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1968 | | pagina 165