I*
jaren geleden gedane uitspraak van de Raad, dat er nog geen sprake
was van een redelijke mate «n evenwicht op do woningmarkt en dat
OSin vrijer huurbeleid nog niet verantwoord was. niettemin is de
situatie niet meer zo nijpepd als het geval was toen U bovenbe
doelde uitspraak deed. Y/ij behoeven slechts te verwijzen naar hot
in de vorige aanbiedingsbrief verstrekte overzicht van het aantal
ingosckrox~n woningzoekenden, alsmede naar de daaromtrent hierboven
verstrekte cijfers. Daaruit blijkt duidelijk een zeer belangrijke
daling van de geregistreerde woningbehoefte. Zoals wij reeds
schreven betreft deze behoefte voor een zeer groot gedeelte woninger
mot een vrij lage huurwaardeAlhoewel wij via doorstroming en der
gelijke trachten ook zo spoedig mogelijk in deze behoefte te voor
zien, lijkt het ons toch niet noodzakelijk juist met het oog op
deze behoefte de huurlibcrahisatic nog lang tegen te gaan. Het enige
dat daarvoor zou kunnen pleiten, is de vrees dat juist deze groep
woningzoekenden in do verdrukking zou komen bij de opheffing van do
huurbCGCherning en de lossere yorm van huurprijsbeheersing. Haar
onze mening is deze vrees niet in elk opzicht gerechtvaardigdNiét
c
ontkend kan worden, dat hot gevaar van misbruik van omstandigheden
aanwezig is. V/ij achten dit gevaar echter niet groot, omdat oen
groot deel van de betreffende groep woningzoekenden terecht zal
komen bij de woningbouwcorporaties en de gemeente voor het huren
van een woningwetwoning. Juist van deze instellingen behoeft niet
to worden verwacht, dat een onjuist gebruik van de grotere vrij
heid zal worden gemaakt. Bovendien bestaat er ten aanzien van de
handelingen van corporaties en gemeenten nog toezicht van rijkswege.
Anders ligt hot met do eigenaren van particuliere huurwoningen in
dc lagere huurklasscn. V/ij neigen er toe aan te nemen, dat col: in
dat opzicht niet onjuist zal worden gehandeld. In do eerste plaats
zal het beleid van corporaties en gemeente leidinggevend maar boven
dien corrigerend zijn voor de-particuliere woni ngvorlmurdei'sVoorxi
baseren wij ons op do tot dusvci' opgedane goede ervaringen, die in
het wel geliberaliseerde gebied van de 3 noordelijke en de 3 zuide
lijke provincies is opgedaan. Excessen hebben zich praktisch niet
voorgedaan. Daar komt tenslotte nog bij, dat bij invoering van het
vrijere huurregime de huurders niet onmiddellijk elke bescherming
ten aanzien van het gebruik van het gehuurde en dc huurprijzen ver
liezen. Volgens dc Iruurwe't zal er nog gedurende twee jaar oen ont-
ruimingsboschorining blijven bestaan, terwijl ook op hot gooicd van
dc huurprijzen voorlopig de nodige waarborgen tegen misbruik van