3- 't Heechterp. Oolc voor dit praktisch geheel tot standgekomen stadsdeel moet nog een be stemmingsplan v/orden vastgesteld. Onder vigeur van de Woningwet van 1901 is een uitbreidingsplan voor deze wijk voorbereid, hetwelk door Gedeputeerde Staten van Friesland zou moeten worden vastgesteld, omdat de Raad zulks niet binnen de wettelijke termijn had gedaan. Door de nieuwe wetgeving terzake is de Raad thans wel weer bevoegd een bestemmingsplan voor 't Heechterp vast t« stellen. Zodra het ontwerp voor het uitbreidingsplan is aangepast aan de voor schriften van de Wet op de Ruimtelijke Ordening zullen wij dit ter visie leg gen en U aanbieden. 6. Rengerspark. Dit plan zal betrekking hebben op het hole gebied tussen de Spanjaardslaaa de Jelsumerstraat, de Dammelaan en de Dokkumer EeIn dit plan zullen gronden moeten worden bestemd voor recreatieve voorzieningen, voor bijzondere bebouwin en voor de noodzakelijke verkeersverbinding tussen Bilgaard en het stadscentru en do binnenstadswegenvierhoek. 7. Kalvei'dRkj e In dit gebied, gelegen tussen 't Heechterp en de geprojecteerde wijk Cam- minghaburen, zijn vrijwel uitsluitend terreinen voor de recreatie gereserveerd. De ligging van dit gebied, tussen twee grote woonwijken, achten wij voor dit doel bijzonder gunstig. Overigens wordt op deze wijze de waarborg geschapen, dat ter plaatse een groene zone wordt gehandhaafd. 8. Goutum. Het is U bekend, dat het ontwerp voor dit plan, na overleg met de speciaal voor* dit doel aangevulde commissie voor Openbare Werken, gereed is. 9» Wirdum. In verband met de omstandigheid, dat Gedeputeerde Staten hun goedkeuring hebben onthouden aan het bestemmingsplan Wirdum-Zuid, zult IJ een nieuw plan moeten vaststellen, waarbij de beslissing van Gedeputeerde -Staten zoveel moge lijk in acht zal moeten worden genomen. 10. Lekkum.c.a. Met het oog op de verdere uitbreiding van de bebouwing van Lekkum en Snakkerburen, de noodzakelijke recreatieve voorzieningen en dergelijke, is de verdere voorbereiding van een bestemmingsplan voor deze dorpen van belang. 11Buitengebied. Voor het landelijke gebied onzer gemeente gelden thans nog de wel zeer verouderde bestemmingsregelen van een plan in hoofdzaak, grotendeels nog vast gesteld door het gemeentebestuur van Leeuwarderadeel, tot het territoir van welke gemeente dit gebied toen nog behoox"de. Dat deze oude voorschriften zo spoedig mogelijk door nieuwe vervangen moeten worden, is evident. Bovendien verplicht de Overgangswet Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting de gemeente raad de onder vigeur van de Woningwet van 1901 vastgestelde stedebouwkundige maatregelen vóór 1 augustus 1970 met de Wet op de Ruimtelijke Ordening in overeenstemming te brengen. Door wie kunnen de genoemde bestemmingsplannen worden voorbereid^ Gelet op het reeds verrichte voorbereidende werk en in andere gevallen de inmiddels ontstane feitelijke situatie in bepaalde gebieden, lijkt het ons verantwoord de verdere voorbereiding van de diverse bestemmingspiannen -uitge zondei'd één- door onze dienst der Openbare Werken te doen geschieden. Zo wij zen wij IJ er op, dat de plannen voor t Aldlan, het Rengerspark, het Kalver- dijkje, Goutum, Wirdum en Lekkum door onze dienst al zeer intensief zijn be werkt, en dat de plannen voor Bilgaard en 't Heechterp in verband met de stand van de bebouwing geen stedebouwkundige problemen meer kunnen opleveren. De enige nieuwe die er op korte termijn nog gereed moeten komen hebben dan nog betrekking op du Hemrik, op Camminghaburen en op het buitengebied. Het maken van een plan voor de Hemrik zal geen lange tijd behoeven te vergen, gezien de vrij eenzijdige bestemming tot industrieterrein. Zodra de juiste plaats van de oosttangent van de wegenvierhoek rondom de stad vaststaat, lijkt de voorbereiding van het onderhavige bestemmingsplan betrekkelijk een voudig. Het heeft naar onze mening dan ook geen zin dit werk aan een parti culier bureau op te dragen, te minder nu de bezetting van de stedebouwkundige afdeling van de dienst der Openbare Werken is versterkt. Het komt ons voorshands voor, dat dit zelfde mutatis mutandus geldt voor het landelijke gebied van onze gemeente. Wij gaan er voorlopig dan ook van uit, dat de dienst der Openbare Werken ook dit plan voorbereidt. Er blijft tenslotte over het plan voor de Camminghaburen. Naar onze mening dient voor de voorbereiding van dit plan een particulier bureau te worden in geschakeld. Wij hebben na overleg met onze stedebouwkundige adviseur, Ir. J.A. Kuiper te Rotterdam, besloten contact op te nemen met de stedebouwkundigede heer Ir. H.T. Vink te Amsterdam. V/ij zullen in overleg met Ir. Vink allereersi trachten een programma van eisen op te stellen, waaraan bij het ontwerpen van het plan voor Camminghaburen moet worden voldaan. Daarna zal moeten worden overwogen of een opdracht voor het ontwerpen van het plan kan worden gegeven c.q. aanvaard. Tijdschema, v/aarin de plannen moeten worden voorbereid. De Raad heeft herhaaldelijk te kennen gegeven gaarne in een vroeg stadium te 'worden betrokken bij de ontwikkeling van de plannen. Veelal worden de be stemmingsplannen eerst te Uwer kennis gebi-acht, nadat zij reeds ter visie heb ben gelegen. In die fase kunnen wijzigingen in het ontwerp nauwelijks meer v/orden aangebracht. Wij stellen ons voor in don vervolge in de daarvoor in aanmerking komende gevallen vóór de ter visie legging van een ontwerp van een bestemmingsplan daaromtrent een principe-uitspraak van de raad te vragen. In dat stadium is het namelijk mogelijk eventuele door U gewenste wijzigingen in het ontwerp-plan aan te brengen. Na de principiële uitspraak van de Raad kan de normale procedure voor de planvaststelling beginnen. Wij hebben nagegaan vóór welk tijdvak de bovengenoemde plannen kunnen 'wor den voorbereid en wanneer daaromtrent een beginseluitspraak van U kan worden gevraagd. Daarbij zijn wij er van uitgegaan, dat de voorbereiding van verschil lende plannen niet in een bepaalde volgorde, maar parallel kan geschieden. Zo zijn v/ij tot de slotsom gekomen, dat omtrent de volgende ontwerp-bestemmings- plannen in de daarachter vermelde perioden een principe-uitspraak van Uw raad kan worden gevraagd: 1t Aldlan in het 4e kwartaal 1968 2. Goutum in het 1e kwartaal 1969 3- Hemrik 4- Wirdum in het 1e halfjaar 1969 5- Kalverdijkje 6. Lekkum c.a.) 7Rengerspark) 1969 in het 2e halfjaar 8. Camminghaburen) 9* Buitengebied in het 1e halfjaar 1970 Voor 10.Bilgaard en 11 t Heechterp zouden wij geen periode willen noemen. Deze plannen, ten aanzien waarvan een principe-uitspraak niet meer behoeft te worden gevraagd, dienen in procedure te worden gebracht, zodra dit mogelijk is. Dit zal naar wij verwachten niet lang op zich behoeven te laten wachten. V/ij menen aldus te hebben voldaan aan het in de eerder aangehaalde motie gestelde verzoek en wij stellen U voor zich met de geschetste gang van zaken te verenigen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1968 | | pagina 343