In de reeds eerder genoemde memorie van toelichting op de rijksbegroting
van het departement van Sociale Zaken en Volksgezondheid, schrijft de Minister,1
dat er in ons land nog circa 1.000 "open" stortplaatsen zijn, waar nog circa
7070 van het huis- en straatvuil van Nederland wordt gestort. Na een korte be
schouwing van diverse verwerkingsmethoden, komt de Minister tot de conclusie,
dat in de toekwmst het storten van vuil slechts mogelijk zal zijn voor slechts
een gering percentage van de totale hoeveelheid afvalstoffen; composteren kan
slechts een gedeeltelijke oplossing bieden, zodat een belangrijk deel van het
afval verbrand zal moeten worden.
Uit de rapporten van de directeur van de dienst voor Reiniging en Brandweer1
blijkt duidelijk, dat de vuilafvoer door de N.V. "De Toekomst-Wilnis" voor onze
gemeente het minst kïstbaar is. Gelet echter op de bezwaren die hiertegen be
staan en ->p de landelijke ontwikkeling op het gebied van de vuilverwerking,
kan deze meth«de geen blijvende oplossing voor het vuilprobleem van onze ge
meente geven.
Indien de vuilafvoer door de N.V."De Toekomst-Wilnis" wordt beëindigd
geeft vuilverbranding, gelet op de grotere kwanta afvalstoffen, die in de
naaste toekomst zullen worden aangeboden, op den duur de meest gunstige finan
ciële uitkomsten.
Samenwerking met buurgemeenten.
Wanneer II besluit over te gaan tot de bouw van een vuilverbandingsinstalla
tie, zou deze inrichting ook kunnen worden benut voor devuilverwerking van een
aantal buurgemeenten. In dit kaderzijnreeds besprekingen gevoerd met de ge
meenten MenaldumadeelLeeuwarderadeelBaarderadeelIdaarderadeel en Tiet?
jerksteradeeldie zich naar wij mogen verwachten, binnenkort hierover zullen
uitspreken.
In dit verband wijzen wij er op, dat ook het streven van de rijksoverheid
gericht is op een regionale aanpak van het vuilverwerkingsprobleem. De Staats
secretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid heeft de provinciale besturen
verzocht om hun gedachten over deze materie te ontwikkelen.
Het lijkt ons zeer waarschijnlijk dat, wanneer het werkelijk komt tot een
grootscheepse aanpak van het vuilverwerkingsprobleem, de bouw van regionale
verbrandingsinstallaties zal moeten geschieden met rijkssubsidie, omdat dit de
draagkracht van de individuele gemeenten te boven gaat. Bij verbrandingsinstal
laties voor min of meer grote regio's spelen namelijk, naast de verbrandings-
kosten, ook de transportkosten een belangrijke rol. In dit verband hebben wij
Gedeputeerde Staten van Friesland thans reeds verzocht de mogelijkheid van
subsidiëring te willen onderzoeken en bevorderen.
Bouw verbrandingsinstallatie.
Na een bezoek door de commissie van bijstand voor de dienst voor Reiniging
en Brandweer aan de vuilverbrandingsinstallatie te Rotterdam en een bezoek van
de wethouder van de bedrijven en de directeur aan de vuilverbrandingsinstalla
tie te München, hebben wij ons gesteld achter het advies van de directeur van
de dienst voor Reiniging en Brandweer om over te gaan tot de bouw van een ver
brandingsinstallatie, ontworpen door de Fa.-Martin te München. De bouw kan...
plaats vinden op het terrein van de dienst voor Reiniging en Brandweer aan de
Greunsweg, in de omgeving van de nieuwe rioolwaterzuiveringsinstallatie.
Bij de stukken ligt voor U ter vertrouwelijke inzage de offerte van de fa.
Martin met de daarbij behorende tekeningen.
De capaciteit van de installatie zal nog nader moeten worden vastgesteld al
bekend is of en zo ja, welke andere gemeenten deelnemen. Voor onze gemeente
alleen zouden wij voorlopig kunnen volstaan met de bouw van twee oveneenheden
h 6 ton per uur. Te zijner tijd zou dan een derde ovepeenheid kunnen worden
bijgeplaatst. Wanneer ook buurgemeenten hun vuil gaan rerbranden in de te
bouwen installatie, dan moet direct worden overgegaan tot de installatie van
drie overeenheden met een verbrandingscapaciteit van 6 ton per uur.
Onder mededeling, dat de Commissie van Bijstand voor de Dienst voor Reini
ging en Brandweer zich daarmede kan verenigen, terwijl de Financiële Commis
sie niet kon worden gehoord, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig
het hierbij gevoegde ontwerp-besluit. Het daarin gevraagde krediet ad
6.500.000,-- is op basis prijspeil vsorjaar 1968 een maximum, dat nodig is
voor de bouw van drie oveneenheden. Indien met andere gemeenten geen overeen
komst t»t stand komt, kan voorlopig worden volstaan met de bouw van twee oven
eenheden en zal van het gevraagde krediet vermoedelijk 1.500.000,niet
besteed behoeven te worden.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong Secretaris.