I
5
4
4. Onder "bebouwde kom" worden in dit artikel verstaan de gedeelten
van de gemeente, die ingevolge artikel 8 van de Boui/verordening als gebied
binnen de bebouwde kom gelden.
f
-
3. Ilet is verboden te zwemmen of te baden in een openbaar water buiten
de bebouwde kom op een door burgemeester en wethouders blijkens ter plaatse
aangebrachte kennisgeving aangewezen plaats, eventueel gedurende de bij die
aanwijsing bepaalde tijd.
Artikel C 47.
Het is aan ieder, die zich als bader of als zwemmer in een openbaar
vaarwater ophoudt, verbodens
a. bij nadering van een vaartuig zich in de koerslijn van dat vaartuig
of in de onmiddellijke nabijheid van die koerslijn te bevinden;
b. zich zodanig te gedragen, dat dit voor de scheepvaart hinderlijk
kan zijn.
Artikel C 48
liet is aan ieder, die niet behoort tot de bemanning of tot de passagier
van een vaartuig, verboden zonder redelijk doel zich aan dat vaartuig vast t
houden, daaraan te hangen, daarop te klimmen of zich daarop of daarin te be
geven of te bevinden.
Afdeling 4°
ollecteren, venten en colporteren.
Artikel C 49.
1Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders
een andere dan een ingevolge artikel 15 van de Rompwet Instellingen van
Weldadigheid of ingevolge het Koninklijk Besluit van 22 september 1823
(staatsblad nr. 41geoorloofde, openbare inzameling van gelden of goederen
te houden, al dan niet met gebruikmaking van lijsten van intekening, onge
adresseerde brieven of circulaires, bloempjes, speldjes, insignes, zegels,
bonnen, prikkaarten of dergelijke voorwerpen.
2. Het in het eerste lid vervatte verbod geldt niet ten aanzien van
een inzameling op een - al of niet met enige beperking - voor het publiek
toegankelijke plaats, niet zijnde een weg, indien die inzameling geschied
net toestemming van degene, die ten tijde van die inzameling over die plaats
de beschikking heeft.
Artikel C 50.
1Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders or
of aan een weg of aan woningen of andere gebouwen of buitenshuis op een