No2310
DE RMD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelet op artikel 103 van dé Gemeentewet:
BESLUIT
de heer John Christiaan Dicke, geboren op 6 december 1902, wonende Vrede
nan de Vriesstraat 0 alhier, te benoemen tot ambtenaar van de burgerlijk
ctand
Alduc vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter
Secretaris.
Vaststellen kostenbedrag artikel 55^is der Lager-onderwijswet 1920 en toekennen
voorschotten op de exploitatievergoeding aan bijzondere scholen voor gewoon la
ger onderwijs, beide voor 1969»
Bijlage no. 72 Leeuwarden, 12 februari 1969.
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge artikel 55bis, eerste lid, van de Lager-onderwijswet 1920 moet de
Gemeenteraad vóór 1 maart van elk jaar vaststellen het bedrag, dat per leerling
van de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs in dat jaar beschikbaar
wordt gesteld ter bestrijding van de kosten, bedoeld in artikel 55onder e tot
en met h en p, der Lager-onderwijswet 1920, alsmede van die van instandhouding.
Dit bedrag vormt dan de grondslag voor de exploitatievergoeding aan de bijzon
dere scholen van dezelfde soort.
De kosten van het openbaar onderwijl voor 1969 zijn opgenomen in bijgevoegd
overzicht. De cijfers zijn ontleend aan de gemeentebegroting voor 1969»
Het gemiddeld aantal leerlingen van de openbare scholen voor gewoon lager
onderwijs zal naar schatting 4550 bedragen, zodat het voor 1969 per leerling
beschikbaar gesteld bedrag zal belopen 576.762,50 2 4350 is 132,59.
Met betrekking tot het overeenkomstig artikel 20, 3e lid, laatste volzin,
van de Lager-onderwijswet 1920 door de Schoolraad ten behoeve van het openbaar
lager onderwijs in deze gemeente uitgebrachte advies, hetwelk bij de stukken
voor U ter inzage ligt, delen wij U mede, dat wij zullen nagaan welk bedrag
gemoeid is met het aanschaffen van de papieren handdoeken; ook hebben wij op
dit moment nog onvoldoende inzicht in de ontwikkeling van het prijspeil van de
leermiddelen etc. (B.T.W.). Tenslotte achten wij het gewenst de uitslag af te
wachten van de onder de hoofden van de openbare scholen te houden enquête om
trent het al dan niet toereikend zijn van het voor leermiddelen etc. beschik
baar gestelde bedrag. Wanneer wij omtrent het vorenstaande over meer gegevens
beschikken zullen wij'zo nodig een voorstel doen tot verhoging van het leer
middelenbedrag. Voorshands zouden wij echter van het bedrag van 23,--, d.i.
ƒ1,-- meer dan vorig jaar willen uitgaang.
Ingevolge het bepaalde in artikel 103, zesde lid, van de Lager-onderwijs
wet 1920 verleent de Gemeenteraad op verzoek van de schoolbesturen en onder
voldoende borgstelling een voorschot op de in artikel 101, eerste lid, bedoelde
exploitatievergoeding, ter grootte van het per leerling beschikbaar gestelde
bedrag en berekend over het gemiddeld aantal leerlingen over het afgelopen jaar.
De in de gemeente gevestigde schoolbesturen hebben dit voorschot aangevraagd.
Deze aanvragen liggen voor U ter inzage en voldoen aan de wettelijke voor
schriften.
Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig
het hierna opgenomen ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong Secretaris,