Artikel 12. 1 De begrafenisrechten moeten "bij vooruitbetaling worden voldaan. In de gevallen waarin het bedrag van het recht eerst kan worden vastgesteld nadat van de bevoegdheden en diensten, bedoeld in deze verordening, gebruik is gemaakt, moet de betaling geschieden binnen 14 dagen nadat het verschuldigde bedrag ter kennis van de belastingplichtige is ge bracht 2. De administrateur der Openbare kerken kan aan instellingen, die zich belasten met de verzorging van uitvaarten, toestaan de begrafenis rechten te betalen binnen 14 dagen na de dagtekening van de facturen, waarop deze rechten in rekening worden gesteld. Vermindering. Artikel 13 Onjuist in rekening gestelde begrafenisrechten kunnen ambtshalve worden verminderd of vernietigd, zolang niet sedert het tijdstip waarop deze rechten verschuldigd waren, drie jaren zijn verstreken. navordering Artikel 14. 1Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden, dat ten onrechte is afgezien van het in rekening stellen van begrafenisrechten, dan wel de in rekening gestelde begrafenisrechten ten onrechte zijn ver minderd of ten onrechte te weinig begrafenisrechten in rekening zijn gesteld, kunnen de te weinig geheven begrafenisrechten worden nage vorderd zolang niet sedert het tijdstip waarop de begrafenisrechten geheven hadden moeten worden, drie jaren zijn verstreken. Invordering. Artikel 15. 1Ingev .1 van niet of niet tijdige betaling van de begrafenisrechten, geschiedt de invordering overeenkomstig hetgeen is gesteld in de artikelen 291 tot en met 295 van de Gemeentewet. 2. In zodanig geval verstrekt de administrateur der Openbare kerken aan dc Gemeente-Ontvanger de voor de vervolging benodigde gegevens. Delegatie Artikel 16. Voor de toepassing van de artikelen 299 en 300 van de Gemeentewet treedt de controleur der gemeentebelastingen in de plaats van de Gemeen teraad en van de Burgemeester. Slotbepaling. Artikel 17 Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die, waar op het bericht van de Koninklijke goedkeuring ter kennis van Burgemeester en 'wethouders is gekomen. Op dat tijdstip vervalt de verordening op de beffing van begrafenisrechten, vastgesteld bij raadsbesluit van 15 au gustus 1956, no. 11590, zoals deze later is gewijzigd. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Vaststellen exploitatievergoedingen over 1968 aan besturen van bijzondere scholen voor buitengewoon onderwijs. Bijlage 110. 79 Leeuwarden, 12 februari 1969 - Aan de Gemeenteraad. Van de besturen van de in deze gemeente gevestigde bijzondere scholen voor buitengewoon onderwijs zijn aanvragen ingekomen om toekenning van de (exploi tatie) vergoeding als bedoeld in artikel 189 van het Besluit buitengewoon onderwijs 19^7 over het jaar 1968. De door de gemeenteraad vast te stellen vergoeding wordt berekend over het aantal leerlingen in het betreffende jaar, bepaald volgens artikel 15 van ge noemd Besluit en beloopt per leerling het bedrag, dat voor elke leerling van het openbaar onderwijs krachtens artikel 186 c.q. het bijzonder onderwijs krachtens 189, 5e lid, beschikbaar is gesteld over hetzelfde jaar. De op deze vergoeding verstrekte voorschotten zijn gebaseerd op de aantal len leerlingen over het voorafgaande jaar, zodat een verrekening moet plaats hebben van die voorschotten met de vergoeding. Voor de berekening van de toe tc kennen vergoedingen mogen wij U verwijzen naar bijgaand ontwerp-besluit waarin tevens zijn opgenomen de bedragen van de verleende voorschotten en de bedragen, welke alsnog met de schoolbesturen moeten worden verrekend. Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor te besluiten overeen komstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Branasma, Burgemeester. de Jong, Secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1969 | | pagina 44