DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 24, 5© lid, van de Bouwverorde
ning is appellant in de gelegenheid gesteld het beroepschrift mondeling toe
te lichten. Het proces-verbaal van de daartoe gehouden zitting ligt voor U
ter inzageOp de zitting zijn geen nieuwe gezichtspunten naar voren gebracht.
Aangezien ook overigens geen gronden zijn aangevoerd die tot een andere
beschikking zouden kunnen leiden als door ons genomen, stellen wij U voor de
gevraagde voorziening ongegrond te verklaren.
Burgemeester en V/ethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
de Jong Secretaris.
No.2695
Beschikkende op het door de heer 0. van der Meer te Lekkum bij
schrijven van 19 december 1968 en 24 december d.a.v. ingestelde beroep
tegen het besluit van Burgemeester en Wethouders van 26 november 1968,
waarbij de gevraagde vergunning voor de bouw van een bergplaats voor
huishoudelijk gebruik bij de woning Miedwei 6 te Lekkum is geweigerd;
overwegende, dat het bouwplan in strijd is met het ter plaatse gel
dende uitbreidingsplan in hoofdzaken van de gemeente Leeuwarderadeel';
dat immers de grond, waarop de bergplaats zal worden gebouwd, in
genoemd uitbreidingsplan is bestemd voor landbouw, tuinbouw en veeteelt
en de daarbij behorende bedrijfsgebouwen;
dat tegen het bouwplan ook uit welstandsoverwegingen ernstige be
zwaren bestaan;
aat Burgemeester en Wethouders de gevraagde vergunning dan ook
terecht hebben geweigerd;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 14 februari
1969 (bijlage no. 89);
gelet op artikel 51 van de Woningwet, alsmede artikel 390, 2e lid,
van de Bouwverordening;
BESLUIT
het verzoek om vergunning ongegrond te verklaren.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.