1
2.
1248,—
4) De
1280,—
Bijlage B
5-
4-
5.
1)
2)
3)
727,—
848,—
verplegende 1) 5) 4)
schoolverplogende
verplegende A 1) 3)
waarnemend 1e
verplegende 1) 3)
Ie verplegende 1) 3)
schoolvcrplegcnde A
1e verplegende A 1)
waarn.hoofdverplegende 1)
hoofdvcrplegendc 2) 1152,
788,—
878,—
81!
908,— 939,—
1030,-- 1061
969,—
1091
1184,-- 1216,-
348,— 878,— 900,— 939,— 969,— 1000,—
908,— 939,— 969,— 1000,— 1030,— 1061
1 000,1030,— 1061,— 1091,— 1121,
1121 1152,— 1104,— 1216,— 124*
De aftrek voor kost en im/oning bedraagt 157,
per maand; de aftrek uitsluitend voor kost be
draagt 80,per maand.
De aftrek voor kost en inwoning bedraagt 190,
per maand; de aftrek uitsluitend voor kost be
draagt 80,per maand.
Degene die in het bezit is van zowel het diploma
ziekenverpleging A als 13 geniet een toelage, ter
grootte van é6n periodieke verhoging. Indien be
trokkene reeds het maximumsalaris van de voor hom
geldende schaal heeft bereikt, wordt voor de bere
kening van deze toelage het naast hogere bedrag
uit de daarop volgende salarisschaal in aanmerking
genomen
1312,— 1344,— 1 376,
verplegendein het bezit van het diploma zieken
verpleging B, en in opleiding voor het diploma, zieken
verpleging A, wordt gedurende deze opleiding bezoldigd
volgens het minimum salaris van schaal 1Na het behalen
van dit diploma wordt dit salaris vermeerderd
met twee extra periodieke verhogingen. Werd reeds
een bepaalde anciënniteit in de schaal verworven en
achten Burgemeester en Wethouders het behalen van het
diploma ziekenverpleging A in het belang van de dienst,
dan wordt betrokkene gedurende deze opleiding bezoldigd
volgens hot bij do aanvang daarvan bereikte salaris.
Na het behalen van het diploma ziekenverpleging A wordt
dit salaris eveneens vermeerderdmet twee extra periodieke
verhogingen