Artikel 19.
De comptabele is verplicht alles te doen wat voor eon goede uitoef,,
van zijn functie nodig is. Hij kan zich niet op onvolledigheid van'
in3tructieof andere voorschriften beroepen bij het nalaten van da
wat tot zijn taak behoort.
Artikel 20.
rose instructie treedt in verking op 1 oktober 1969.
Aldus vastgesteld in de 'openbare ver gade j
van
Voorzis.
Secrota
Ho. 12596 c<
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en l/ethouders van 20 augus
tus 1969 (bijlage no. 272);
gelet op artikel 6 van de verordening met betrekking tot de orga
nisatie van de financiële administratie en van het kasbeheer van de
algemene dienst van de gemeente Leeuwarden;
BESLUIT s
vast te stellen de volgende
INSTRUCTIE VOOR DE KASSIER DER GEMEENTE
LEEUWARDEN.
Artikel 1
Deze instructie verstaat onders
kassier:
comptabele
de functionaris, bedoeld in artikel 2 van de veror
dening met betrekking tot de organisatie van de
financiële administratie en van het kasbeheer van de
algemene dienst van de gemeente Leeuwarden;
de functionaris, bedoeld in artikel 1 van de voren
genoemde verordening.
Artikel 2.
1De kassier houdt kantoor ter plaatse door Burgemeester en V/ethouders
te bepalen.
2. Het kantoor is op door Burgemeester en Wethouders te bepalen dagen
en uren voor het publiek geopend.
Artikel 3»
1De kassier bewaart de gelden en de door Burgemeester en Wethouders
aangewezen geldswaardige papieren der gemeente.
2. Hij bergt deze aan het einde van iedere werkdag op de door Burge
meester en Wethouders aangewezen plaats op.
5. Hij is verplicht de hem in de uitoefening van zijn functie toever
trouwde geldmiddelen afgescheiden te bewaren van zijn privé-middelen
en van andere door hem beheerde middelen.
Artikel 4.
1De kassier treft maatregelen tot een spoedige inning van de inkom
sten en ontvangsten der gemeente.
2. Hij doet regelmatig opgave aan de comptabele van de posten, welke
hij niet heeft kunnen innen, met vermelding van de redenen.
5. Hij verleent kwijting van elke ontvangst die in zijn handen ge
schiedt. Het afgeven van kwijtingsbewijzen in blanco en het gebruik
van een handtekeningstempek is hem verboden.
4. Burgemeester en Wethouders kunnen bepalen, dat - in afwijking van het
derde lid - de inning van door hen aan te wijzen inkomsten en ont
vangsten kan geschieden tegen afgifte van ongetekende kwijtingsbewij-
zen.
1 iWÊtamm 1 jr
