Artikel 17.
Burgemeester en Wethouders beslissen ontrent oen verzoek
om vergunning of ontheffing ingevolge deze verordening binn
één maand nadat dat verzoek is ingekomen.
Zij kunnen hun beslissing voor ten hoogste twee maanden
verdagen.
Van een verdaging doen zij do verzoeker voor hot verstrij
ken van de termijn, waarbinnen zij zonder verdaging een be
slissing omtrent het verzoek haddon moeten nomen, schriftcl
modedeling.
Hetgeen is bepaald in de voorgaande leden is van overeen
komstige toepassing mot betrokking tot een verzoek om ver
gunning of ontheffing ton aanzien waarvan ingevolge artikel
15» eerste lid, het nemen van een beslissing aan de Commis
saris van Politie is opgedragen.
Artikel 18.
Wanneer een verzoek om vergunning of ontheffing ingevolge
deze verordening bij Burgemeester en Wethouders of bij do
Commissaris van Politie, indien aan deze ingevolge artikel
15» eerste lid, de beslissing op oen zodanig verzoek is
opgedragen, wordt ingediend dan wol een beroep als bedoeld
in artikel 15 tweede lid, wordt ingesteld, wordt aan de ver
zoeker onderscheidenlijk degene, die beroep heeft ingesteld
binnen één week nadat het verzoek onderscheidenlijk hot
beroepschrift is ingekomen een bericht van ontvangst ge
zonden, onder meer inhoudende de datum, waarop het verzoek
of het beroepschrift is ingekomen, en de termijn, waarbinnoi
omtrent het verzoek onderscheidenlijk liet beroep een be
slissing moet zijn genomen.
Artikel 19.
Tegen een besluit van Burgemeester en Wethouders, waarbij
een vergunning of ontheffing is geweigerd, aan een vergunnir
of ontheffing voorwaarden zijn verbonden of een vergunning
of ontheffing is ingetrokken of gewijzigd, alsmede tegen
een besluit van Burgemeester en Wethouders, genomen inge
volge artikel 15, vierde lid, kan do betrokkene schrifte
lijk beroep instellen bij de gemeenteraad.
Do betrokkene kan tevens schriftelijk beroep instellen bij
de gemeenteraad, indien hijs
a. Ie. niet binnen de in artikel 17, eerste lid, gestolde
termijn kennis heeft kunnen nemen van oen beslissing
omtrent zijn verzoek, noch van een bericht van ver
daging van de beslissing omtrent dat verzoek;
2e. na verdaging niet binnen de krachtens die verdaging
geldende termijn kennis heeft kunnen nemen van een
beslissing omtrent zijn verzoek;
b. Ie. niet binnen de in artikel 15, vierde lid, gestelde
termijn kennis heeft kunnen nemen van een beslissing
van Burgemeester en Wethouders omtrent zijn beroep
schrift, noch van een verdaging van een beslissing
omtrent dat beroepschrift;
2e. na verdaging niet binnen de krachtens die verdaging
geldende termijn kennis hoeft kunnen nomen van dc be
slissing omtrent dat beroep.
5. Het beroepschrift wxrdt ingediend binnen een maand na dc dag;
a. waarop betrokkene kennis heeft kunnen nomen van hot be
sluit,
b. waarop de termijn, waarbinnen een beslissing had moeten
zijn genomen, is verstreken.
Burgemeester en Wethouders doen het, voorzien van hun advies,
binnen twee weken nadat het is ingekomen toekomen aan de
in artikel 20 bedoelde commissie.
4. De gemeenteraad beslist binnen drie maanden nadat het be
roepschrift is ingediend. Hij kan zijn beslissing voor ten
hoogste twee maanden verdragen.
5. Ten aanzien van een besluit tot intrekking of wijziging van
een vergunning of ontheffing heeft hot beroep geen schorson
de werking indien zulks in dat besluit is bepaald.
Artikel 20.
1. In de gevallen waarin ingevolge deze verordening van een
besluit van Burgemeester en Wethouders beroep open staat op
de gemeenteraad, brengt de overeenkomstig de artikelen A14
en A15 van de Algemene Politieverordening Leeuwarden inge
stelde Commissie ban die raad advies uit over een ingesteld
beroep. In afwijking van hetgeen is bepaald in artikel A15,
vijfde lid, van de zoeven bedoelde verordening treedt in
deze gevallen als secretaris van deze commissie op de secre
taris van de huurautocommissie.
2. De in het eerste lid bedoelde commissie handelt met betrekking
tot een beroepschrift, ingesteld ingevolge deze verordening,
overeenkomstig hetgeen is gesteld in artikel A16 van do A.lgc-
mene Politieverordening Leeuwarden.
Artikel 21
houder van een bestuurdersvergunning is verplicht:
de vergunning tijdens de uitoefening van zijn werkzaam
heden bij zich te dragen en op eerste vordering te tonen
aan een ambtenaar van politie of aan een ambtenaar als
bedoeld in artikel 65 der wet;
bfj de uitoefening van zijn werkzaamheden correct gekleed
te zijn;
onverwijld voorwerpen, welke in do. huurauto zijn achter
gebleven, bij de politie of aan dc rechtmatige eigenaar
af te geven en desgevraagd die inlichtingen te verschaffen
welke kunnen leiden tot opsporing van de rechtmatige ei
genaar
een bevel of aanwijzing, door oen ambtenaar van politie
of door een ambtenaar als bedoeld in artikel 65 der wet
op grond van enige bepaling dezer verordening, terstond
op te volgen;
voor zover van hem afhangt er zorg voor te dragen, dat de
ingevolge artikel 13 op de houder van de bedrijfsvergunning
rustende verplichtingen worden nagekomen.
2. Het is de houder van een bestuurdersvergunning verboden;
a. door woorden of gebaren of anderszins de aandacht van het
publiek op het door hem te besturen of bestuurde voer
tuig te vestigen of het publiek uit te nodigen zich net dat
voortuig te laten vervoeren;
b. paosagiors naar het opgegeven adres te rijden anders dan
langs de kortste route, dan wel, indien do passagier zelf
de route aangeeft, anders dan langs deze route;
Verplichtingen 1De
houder der be- a.
stuurdersver-
gunning.
b.
c.
e