360,—
60-
120,—
66
0
De algemene kosten van het instituut (kapitaalslasten, kosten van huis
vesting, van dircktie e.d.) worden dan buiten beschouwing gelaten en
blijven geheel ten laste van de Gemeente.
Op basis van dit uitgangspunt berekenden wij de te heffen tarieven
op:
a. f. 430,-- voor individuele lessen;
b. f. 130,-- voor lessen in groepen van minder dan zes leerlingen;
c. f. 63,-- voor klassikale lessen en lessen in groepen van zes of meer
leerlingen (alle soorten)
d. f. 115,voor lessen aan leden van harmonie- en fanfarekorpsen, welke
veelal in groepjes van minder dan zes worden gegeven
(barief onder _b verminderd met f. 15,--).
In vergelijking mot de thans geldende tarieven zou derhalve bij het
vasthouden aan het gestelde uitgangspunt een zeer drastische tariefs
verhoging moeten worden ingevoerd. De vergelijkbare huidige tarieven zijn
als volgt:
a. f. 230,--;
b. f. 60,-- tot f. 150,--, maar in de praktijk f. 60,--;
c. f. 60,-- of f. 30,--;
d. f40--
Na ampele overwegingen zijn wij tot de conclusie gekomen, dat een zo
sterke stijging van de tarieven op te grote bezwaren stuit. Mij achten
het in de eerste plaats van belang dat een speciaal laag tarief wordt
gehandhaafd voor de klassikale lessen voor algemene muzikale vorming zonder
meer (zonder het tegelijkertijd leren bespelen van een muziekinstrument
derhalve)
Verder is de meerderheid van ons college van mening, dat do hierboven
berekende tarieven iets moeten worden gematigd, het tarief voor individuele
lessen iets moer dan dat voor groepslessen. Hiermee wordt dan afstand
gedaan van het gestelde uitgangspunt van dekking van de helft van do
direkte kosten.
Dit standpunt berust op de overvraging, dat een te sterke verhoging dor
tarieven zou kunnen leiden tot een aanmerkelijke teruggang van het aantal
leerlingen, hetgeen zovral voor de school en het muziekonderwijs in net
algemeen, als voor het muzikale klimaat als onderdeel van het algemeen
culturele klimaat in onze Gemeente zeer nadelige gevolgen zou hebben. Mij
v/ijzen b.v. op de gunstige wisselwerking tussen Muziekinstituut en Frysk
Orkest. Bovendien moet een sterke negatieve invloed op de vakafdeling van
do school v/orden gevreesd. Wij hechten grote waarde aan oen bloeiende
muziekschool in onze stad en menen daarom, dat enige matiging bij de ver
hoging dor tarieven, niettegenstaande de grote tekorten die deze school
oplevert, verantwoord is. In dit verband vestigen vrij de aandacht op de
subsidies van Rijk en Provincie voor het amateurmuziekondorwijswelke
zeer bescheiden zijn. In de begroting voor 1969 is terzake een ontvangst
geraamd van f. 10.400,-- aan rijkssubsidie en f. 15*600,-- aan provinciaal
subsidie. Wij zijn van oordeel, dat, gelet op de aard 011 hot belang van de
muziekscholen en op de omvangrijke kosten, waarvoor de gemeenten bij de
exploitatie van deze scholen komen te staan, een sterke financiële steun
van het Rijk niet kan worden gemist.
Do hieronder voorgestelde tarieven, waarbij derhalve ten opzichte van
het gestelde uitgangspunt enige matiging is betracht, acht de meerderheid
van ons college verantwoord en in verband met de cxploitatieuitkomsten
van de amateurafdeling noodzakelijk.
Eén lid van ons collego is van mening, dat de door do meerderheid
voorgestelde tarieven ingaande 1969/197O met het oog op de belangen van
de school en de muzikale vorming van de jeugd nog een te sterke stijging
inhouden. Ilij wil voorshands niet verder gaan dan een tariefsverhoging van
1 QF/o over dc gehele linie.
- 3 -
Een ander lid is van mening, dat zelfs tariefsverlioging voor het
komende schooljaar 1969/1970 achterwege moet blijven. Eerst voor het
schooljaar 1970/1971 zou tariefswijziging moeten worden overwogen. De
consequenties daarvan zouden dan terdege kunnen worden bestudeerd en
afgewogen.
Het standpunt van deze leden is nader omschreven in bijlage dezes.
Beide bovenbedoelde leden staan mèt de meerderheid van ons college
op het standpunt, dat wel moet worden overgegaan tot vereenvoudiging der
tariefstelling. Dientengevolge leggen wij ten aanzien van de hoogte der
tarieven (artikel 5) drie voorstellen aan U voor, welke vrij ter
vergelijking naast elkaar plaatsen.
meerderheids- 10$ handhaving
standpunt. verhoging. tarieven.
A* individuele lessen
f
f
253,
f
230,-
B. klassen en groepen minder dan
zes
f
f
f
C. klassen en groepen 6 of meer
f
75,—
f
44-,
f
40,-
D. leden harmonie- en fanfare
korpsen
f
105,—
f
44,--
f
40,-
E. klassikale lessen alg. muzikale
vorming
f
36,
f
33,—
f
1
De totale opbrengst van de lesgelden en de te vervrachten tekorten
op de exploitatie van de school voor 1970 kunnen bij toepassing van deze
tarieven als volgt worden geraamd:
voorstel 10$ handhaving
meerderheid, verhoging. tarieven.
f.170.000,-- f.120.000,-- f.110.000,
f.360.000,-- f.410.000,-- f.420.000,--
In artikel 6 is een enigszins afwijkend (f. 5,-- lager) tarief
vastgesteld voor het volgen van lessen algemene muzikale vorming
door leerlingen, die, niet in het bezit zijnde van een getuigschrift van
de tweejarigevooropleiding algemene muzikale vorming, naast individuele
lessen of lessen in groepsverband deze lessen volgen. Dit tarief ware
thans vast te stellen op rond f. 30»-- (f* 6,-- lager dan het normaal
geldende tarief).
Bij verhoging van de huidige tarieven met 10$, zou het tarief in
artikel 6 moeten worden vastgesteld op f. 27,50 en bij handhaving van
de thans geldende tarieven zou het op f. 25,-- blijven bepaald.
Met betrekking tot de aan de orde geweest zijnde vraag, of voor
leerlingen uit andere gemeenten, welke gemeenten voor die leerlingen niet
bijdragen in de tekorten van het muziekinstituut, een hoger lesgeld moet
worden geheven, zijn wij tot de slotsom gekomen, dat het verantwoord is
en zeker niet te veel gevraagd, om van die leerlingen een opslag te hef
fen van 50op de voor Leeuwarder ingezetenen geldende tarieven.
Indien de betreffende gemeentebesturen deze opslag zouden betalen, zouden
de lesgelden welke door de leerlingen uit die gemeenten zelf moeten
worden betaald gelijk kunnen blijven aan die van de leerlingen uit
Leeuwarden. Bij invoering van de door de meerderheid van ons college
voorgestelde tarieven houdt dat in, dat naast de vaste lasten, voor rekening
van de Gemeente Leeuwarden- blijft meer 'dan een/vierde deel der direkte
kosten van deze niet-Leeuwarder leerlingen, of op basis van de thans be
kende cijfers, ongeveer 37$*
Opbrengst lesgelden
Tekort