Wijziging van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1968.
Bijlage no. 344 Leeuwarden, 22 oktober 19^9-
Aan de Gemeenteraad.
Bij het vaststellen van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1968
is rekening gehouden met het verhogen van een aantal belastingen en heffingen,
te weten de secretarièleges, de begrafenisrechten, de reinigingsrechten en
de opcenten op de personele belasting. Voorts.is gerekend op invoering van
een rioolbelasting. De verhoging van de secretarieleges, de begrafenisrech
ten en de invoering van een rioolbelasting is in 1968 niet gerealiseerd, ter
wijl de verhoging van de reinigingsrechten on de opcenten op de personele
belasting respectievelijk met ingang van 1 juli 1968 en 1 juni 1968 heeft
plaats gehad. In verband hiermede dienen de desbetreffende ramingen in de ge
meentebegroting óf te worden verlaagd óf te worden afgevoerd.
Ook moeten nog de sedert het samenstellen van de gemeentebegroting
opgetreden loon-en prijsstijgingen in de begroting tot uitdrukking worden
gebracht. Tegenover deze hogere kosten kunnen diverse verhogingen van ver
schillende doeluitkeringen van het Rijk en van de algemene uitkering uit het
gemeentefonds worden geraamd. Voor het dekken van hogere personeelslasten
kan worden beschikt over de stelpost voor lastenstijgingen volgno. 696L.
In de begroting was de uitkering uit het gemeentefonds voor sociale
zorg geraamd op grondslag van de kosten van sociale zerg over de jaren 1965
1966 en 1967- In verband met hot inwerkingtreden van de Algemene Wet Bijzon
dere Ziektekosten per 1 april 1968 waardoor de kosoen van verpleging van
bijstandbehoevende patiënten in erkende verpleeginrichtingen niet moer voor
rekening van de gemeente komen, moet over dc jaren 1968 en 1969 de uitkering
voor sociale zorg worden geraamd op QQc/j van do werkelijke kosten van sociale
zorg over die jaren. In verband met een en ander dient de geraamde uitkering
uit het Gemeentefonds voor sociale zorg met 3.225.435?- te worden verlaagd.
Hiertegenover staat een verlaging van de geraamde kosten van sociale zorg
tot een bedrag van ongeveer f 3-164.000,
Het is mogelijk de geraamde kapitaalslasten, inclusief do hiervoor
op de stelposten nrs. 6961c. 696E. en 696S geraamde bedragen, met een aanmer
kelijk bedrag te verlagen.
Dit houdt verband met het feit, dat dc geraamde rentekosten bij lange na niet be
hoefden teworden besteed, terwijl als gevolg van de heersende kapitaals-
schaarste een aantal geraamde investeringen niet tot uitvoering kon worden
gebracht, omdat de nodige financieringsmiddelen niet voorhanden waren.
Ondanks het niet realiseren van de geraamde belastingverhoging verwach
ten wij, dat do rekening van de gewone dienst over het dienstjaar 1968 zal
v/orden afgesloten met een batig saldo van ongeveer 260.000,
Het ontstaan van dit rekeningssaldo is als volgt te specificeren:
Personeelslasten.
De personeelslasten dienen per saldo met ongeveer een bedrag van
730.000,- te worden verhoogd. Hierin is voor de sectoren politie en onder
wijs een bedrag van circa 1.110.000,- begrepen, waartegenover verhoogde
doeluitkeringen van het rijk staan.
Kapitaalslasten.
De raming van de kapitaalslasten, inclusief de hiervoor op de volg
nummers 696IC, 696E en 696R geraamde stelposten, kan worden verlaagd met een
bedrag van ongeveer 1.257.000,-.