No. 17510.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 12
november 1969;
BESLUIT;
I. De Gemeente verklaart zich tegenover de Stichting Clubhuizen "Regon-
boog-Stins" bereid de kapitaalslasten, voortvloeiende uit een in vijf
jaar af te schrijven investering van 70.000,voor aan het dak
en de centrale verwarming etc. van het clubhuis De Stins te treffen
voorzieningen, volgens de geldende subsidieregeling bijzonder jeugd
werk te subsidiëren met 40^.
II. Van de in de gemeentebegroting voor 1970 op te nemen stelpost voor
lastenstijgingen éen bedrag van 5*400,te bestemmen voor ver
hoging van het subsidie aan de Stichting Clubhuizen "Regenboog-Stins"
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
gjy -!'■
Schrijven van de heren P.N.J. Andela en J. van Kesteren betreffende het
bouwen van een trafo-ruimte en een urinoir op een perceel aan de
Huizumerlaan.
Bijlage no. 386. Leeuwarden, 12 november 1969*
Aan de Gemeenteraad.
Op 24 oktober 1969 is een aan U gericht schrijven ingekomen van de
horen P.N.J. Andela en J. van Kesteren, respektievclijk wonende Schrans
145 en 143 a, alhier, inzake hot bouwen van oen trafo-ruimte en een
urinoir op een perceel aan de Huizumerlaan.
Tc Uwer oriëntatie delen wij U mede, dat de direkteur dor Openbare
V/erken op 5 mei 1969 vergunning heeft gevraagd voor het oprichten van oen
trafo-ruimte cn een urinoir op een perceel aan de Huizumerlaan, alhier,
kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie B, nr. 5327 (god). Aangezien hot
bouwplan niet voldeed aan de ter plaatse geldende herziening van het
uitbreidingsplan in onderdelen van de gemeente Leeuwarderadeel, vastgesteld
bij raadsbesluit d.d. 1 februari 1950? nr. 6223/1949? zou de gevraagde-
vergunning geweigerd moeten worden.
Mot toepassing van artikel 20 der Wederopbouwwet zou het evenwel
mogelijk zijn om, vooruitlopende op het van kracht worden van een nieuw
bestemmingsplan, de gevraagde vergunning te verlenen. Wij achten toepassing
van genoemd artikel alleszins gerechtvaardigd, omdat het bouwplan in
overeenstemming is met het ontwerp-bestemmingsplan "Huizum" en er derhalve
naar onze mening uit stedebouwkundige overwegingen geen bezwaren togen het
ingediende plan bestonden.
Toepassing van artikel 20 der Wederopbouwwet brengt onder meer met
zich mede, dat de eigenaren en gebruikers van de aangrenzende en nabij
gelegen percelen in de gelegenheid dienen te worden gesteld hun eventuele
bezwaren tegen het bouwplan kenbaar te maken. Dit is gebeurd bij brief
d.d. 30 juni 1969? welke, - en wij betreuren dat ten zeerste - eerst op
8 juli 1969 is verzonden.
Tegen het verlenen van de gevraagde vergunning is een viertal bezwaar
schriften ingekomen, terwijl een drietal eigenaren c.q* gebruikers heeft
verklaard geen bezwaar tegen het bouwplan te hebben. De stelling van
appellanten, dat sommigen zouden hebben verklaard geen bezwaar te hebben
onder de voorwaarde, dat zij in verband met het wegbreken van het oude
urinoir aan de Huizumerlaan de beschikking zouden krijgen over meer
parkeerruimte, is onjuist. Deze kv/estie is nooit in zodanig verband aan de
orde geweest.
Tor vermijding van elk misverstand hebben wij het gewenst geacht
appellanten de gelegenheid te geven hun bezwaarschriften ook nog mondeling
toe te lichten. Wij hebben van al de ingebrachte bezwaren goede nota
genomen en hebben daarna de bouwaanvraag nogmaals op al zijn mérites
beoordeeld.
Verder hebben wij de situatie ter plaatse nog opgenomen. Allo
omstandigheden overwegende zijn wij tot de slotsom gekomen dat de ingediend
bezwaren niet gegrond waren. V/ij hebben do bedenkingen allo- uitvoerig en
naar onze mening overtuigend weerlegd in do overwegingen, opgenomen in de
considerans van ons besluit d.d. 22 juli 1969waarhij wij de gevraagde-
vergunning verleenden. Kortheidshalve mogen wij U naar dat besluit verwij
zen.