No. I8670d.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
3 december 1969 (bijlage no. 412);
BESLUIT;
X. aan te kopen van E.H. Dijkstra, wonende te Rijperkerk, Binnen
dijk 575 de percelen weiland, kadastraal bekend gemeente Harde-
garijp, sectie G, nummers 1126, 216218, 751 en 1687 groot
respectievelijk 6.29-10 ha, 2.68.80 ha, 1.26.70 ha? 1.64*70 ha
en I.3O.4O ha, welke percelen op de bij dit besluit behorende
tekening roodomlijnd zijn aangegeven, voor een prijs van
237-833?-- in totaal, en voorts onder de volgende bedingen;
1de gronden worden overgedragen met alles wat daarop of
daarin aanwezig is met alle daarop rustende erfdienstbaarheden
en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van
hypotheek en pacht;
2. de levering en de betaling geschieden op de dag van het
verlijden van de akte van overdracht;
3- van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen
welke van de over te dragen percelen worden geheven, voor
rekening van de gemeente Leeuwarden;
4. verkoper is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die
wegens uitwinning;
5. nadat het thans nog bij verkoper in pacht zijnde perceel,
kadastraal bekend gemeente Hardegarijp, sectie G, nummer 7e9»
groot 2150 ca, eveneens gelegen binnen het gebied "de Groene
Ster", in eigendom is overgegaan aan de gemeente Leeuvax'den,
zullen partijen medewerken aan de zo spoedig mogelijke ont
binding van de pachtovereenkomst betreffende dit perceel;
de schade, welke voor verkoper voortvloeit uit het versies
van genoemde pacht, wordt geacht in de hierboven vermeide
koopsom te zijn begrepen;
6. de belastingschadewelke voor verkoper voortvloeit uit de
contante betaling van de voor een reeks van jaren bedoelde
vergoeding wegens inkomstenderving, zal door de gemeente
Leeuwarden aan hem worden vergoed zodra hij de nodige dooi
de inspekteur der belastingen verstrekte gegevens, waaruit
deze schade kan worden bepaald, aan de gemeente zal hebben
overgelegd
7. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ont
binding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het
Burgerlijk Wetboek;