- 26 - woning te ontruimen cn intrek te nemen in een duurdere. Het spreekt vanzelf, dat een dergelijk beleid alleen maar kans van slagen heeft als de duurdere woning meer ruimte en/of gerief biedt dan de te ver laten woning. In dat opzicht stemt de woningbouw van de laatste ja ren ons tot voldoening. Wij constateren een, voor de doorstroming noodzakelijke, gunstige ontwikkeling, een ontwikkeling die zich nog voortzet als wij letten op hetgeen wordt geboden bij de realisering van de bovenbedoelde 232 woningen in De Duif en De Fennen. In dit verband zien wij tevens met vertrouwen uit naar de gevolgen, die voor de doorstroming zullen voortvloeien uit de woningbouw in het plan Westeinde, in het oostelijke en het westelijke gedeelte van 't Ald- l&n en in Goutum. De zogenaamde huurliberalisatie is op 1 september j.l. ook voor onze gemeente ingegaan. Omdat er na de laatste wereldoorlog in onze gemeente een groot aantal woningen in de Woningwetsector is gebouwd, hebben de woningbouwcorporaties en de gemeente in de huurontwikkoling een belangrijke stem. Daarvoor is een goed samenspel en een goede samenwerking tussen die corporaties en de gemeente noodzakelijk. Wij beraden ons gezamenlijk over een vorm om deze samenwerking, die ook voor de doorstroming van zo veel belang is, nog intensiever te maken. In dit verband merken wij verder op, dat in 1968 opdracht is ge geven aan de Nationale Woningraad om een integraal onderzoek in te stellen naar de toestand van het gehele vooroorlogse woningbezit, voorzoveel betreft de woningen, gebouwd met financiële steun van de overheid op grond van de toen nog geldende WoningwetHet resultaat van dit onderzoek is in de loop van dit jaar bekend geworden. Het hieromtrent gemaakte, uitvoerige rapport komt tot de slotsom, dat het aanbeveling verdient om 913 woningen binnen 5 jaar te slopen, 136 woningen nog maximaal 10 jaar in stand te houden, 260 woningen nog maximaal 15 jaar te handhaven en 970 woningen zodanig te verbeteren, dat zij nog tenminste 25 jaar geschikt zijn voor bewoning. Wij hebben op 25 maart j.l. een commissie ingesteld, waarin on der meer de gemeente en de woningbouwcorporaties zijn vertegenwoor digd, die ons zal adviseren over de vraag, of aan de aanbeveling van de Nationale Woningraad gevolg moet worden gegeven en, zo ja, op wel ke wijze dit zal kunnen geschieden. U zult binnen afzienbare tijd met deze aangelegenheid worden geconfronteerd. Het bedoelde rapport van de Nationale Woningraad hebben wij bereids voor U ter inzage gelegd.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1969 | | pagina 28