-2- b. het vervangen van de in de bestaande verordening gebezigde definitie van de schoolgeldplichtige (overeenkomstig de redactie van de schoolgeldwet) door een eenvoudiger omschrijving. Als cursusgeldplichtige wordt in de ontwerpverordening aangewezen de meerderjarige leerling zelf, voor zover deze een eigen inkomen of vermogen heeft, of voor andere meerderjarigen" of voor minderjarigen, degene die zich bij de toelating van een leerling voor de betaling van het cursusgeld verantwoordelijk heeft verklaard. c. net invoeren van een voor alle aanslagen gelijk aantal betalingstermijnen t.w. vijf. Voor de opleiding tot hoofdleidster bij het kleuteronderwijs jhans d-00r de rijksoverheid vijf termijnen als maximum voorgeschreven. Het lijkt ons redelijk voor de andere opleidingen ook met vijf termijnen te volstaan. Tot dusver is het aantal termijnen gelijk aan het aantal maan den, dat na de maand waarin de aanslag wordt opgelegd nog in het heffingsti vak overblijft. J Onder mededeling, dat de Financiële Commissie zich hiermede kan ver enigen, stellen wij U voor te besluiten tot het vaststellen van een cursus- geldverordening overeenkomstig het hierbij gevoegde ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester, de Jong Secretaris. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 22 de cember 1969 (bijlage no. 23); BESLUIT: vast te stellen de volgende: Verordening op de heffing en invordering van cursusgeld voor het volgen van onder wijs aan gemeentelijke avondscholen en cursussen Aard van de heffing. Artikel 1. Met inachtneming van de bepalingen van deze verordening wordt cursusgeld geheven voor het verstrekken van onderwijs' aan leerlingen van: 1. de gemeentelijke middelbare handelsavondschool; 2. de opleiding voor de examens ter verkrijging van de akte van bekwaamheid als hoofdleidster voor het kleuteronderwijs, verbonden aan de gemeentelijke opleidingsschool voor leidsters bij het kleuter onderwijs 3. oen cursus voor hoger beroepsonderwijs verbonden aan het Gemeentelijk Muziekinstituut. Begripsoms chrijving. Artikel 2. Voor de toepassing van deze verordening x^ordt verstaan onder: 1. leerling: een ieder, die aan een in artikel 1 genoemde school, opleiding of cursus is ingeschreven om het onderwijs volledig te volgen; 2, kalendermaand: een tijdvak van de eerste tot en met de laatste dag van die maand. Cursusgeldjaa: Artikel 3- Het cursusgeldjaar is gelijk aan het cursusjaar. De omstandigheden bij het begin van het cursusgeldjaar zijn bepalend voor de heffing van het cursusgeld. Wordt een leerling in de loop van het cursusgeldjaar ingeschreven dan treedt te zijnen aanzien het tijdstip van inschrijving in de plaats van het begin van het cursusgeldjaar

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 158