-4- 3. Blanco stemmen, worden bij de vaststelling van de uitslag van een stemming geacht niet te zijn uitgebracht. 4. Indien bij een stemming over een zaak in een onvoltallige ver gadering de stemmen staken, wordt het nemen van een besluit tot de volgende vergadering uitgesteld. In deze volgende vergadering wordt, evenals terstond in een vol tallige vergadering, bij staking van stemmen over een zaak een daar omtrent gedaan voorstel geacht te zijn verworpen, dan wel een besluit niet te zijn genomen. 5» Voor het geval bij een eerste stemming over personen niemand de vol strekte meerderheid heeft verkregen, wordt een tweede vrije stemming gehouden. Heeft ook bij laatstbedoelde stemming niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan wordt een herstemming gehouden tussen de twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd; wanneer alsdan de stemmen staken, beslist terstond in dezelfde vergadering het lot, Is door gelijkheid van stemmenaan- tallen dit tweetal niet aan te wijzen, dan hebben een of meer tussen- stemmingen plaats om te bepalen wie van hen, die bij de tweede vrije stemming een gelijk aantal stemmen op .zich verenigden, voor de her stemming in aanmerking komen; staken bij een tus sens temming te. sten- men, dan beslist terstond in dezelfde vergadering het lot welke per soon voor de herstemming in aanmerking komt. 6. Mochten zich bij de stemmingen problemen voordoen, waarin in dit artikel niet is voorzien, dan beslist de voorzitter hoe gehandeld zal worden. Toezicht gemeenteraad. Artikel 10: 1. Besluiten van het bestuur betreffende de stichting rakende onder werpen v/elke overeenkomen met de voor de gemeenten in artikel 228 van de Gemeentewet opgesomde onderwerpen, behoeven voor hun tenuit voerlegging de goedkeuring van burgemeester en wethouders der gemeente Leeuwarden 2. Het bestuur zendt daartoe zo spoedig mogelijk dez.e besluiten met de eventuele toelichtende bescheiden ter goedkeuring aan burgemeester en wethouders toe. Bire ct ie Artikel 11; 1. Do dagelijkse leiding van de werkzaamheden van de stichting en het dagelijks beheer van de aan de stichting toebehorende en bij haar in beheer zijnde zaken berust bij een directeur. 2. De directeur wordt benoemd en ontslagen door het bestuur van de stichting; hij kan worden geschorst door het dagelijksbestuur 3. Het bestuur bepaalt op welke wijze de directeur bij zijn ontstem- tenis of afwezigheid wordt vervangen. 4. Het bestuur regelt de rechtspositie van de directeur. Personeel Artikel 12; 1. Het bestuur benoemt en ontslaat het overige personeel van de stich ting; dit personeel kan door het dagelijks bestuur worden geschorst. 2. Het bestuur kan zijn bevoegdheid tot het benoenen en ontslaan van personeelsleden, als bedoeld in het eerste lid, geheel of ten dele delegeren aan het dagelijks bestuur, behoudens voor wat betreft het verlenen van ontslag anders dan op eigen verzoek. p. Het bestuur regelt de rechtspositie van het in het eerste lid bedoelde personeel -5- Geldmiddelen. Artikel 13: De geldmiddelen van de stichting wox-den gevormd door; a. het stichtingskapitaal, dat bij de oprichting van de stichting is af gezonderd b. de inkomsten uit in eigendom of beheer bij de stichting zijnde goe deren c. bijdragen van natuurlijke- en rechtspersonen; d. uit schenkingen, legaten en erfstellingen verkregen bedragen; e. geldleningen; f. alle overige inkomsten en baten van de stichting. Boekjaar. Artikel 14; liet boekjaar van de stichting valt samen met het kalenderjaar, behalve het eerste dat eindigt op 31 december aanstaande. Begroting. Artikel 13; 1. Jaarlijks voor een mei stelt het bestuur de begroting voör het volgende boekjaar vast. 2. Tenminste veertien dagen voor de vergadering, waarin de vaststelling van de begroting aan de orde zal worden gesteld, legt het dagelijks" bestuur het ontwerp van de begroting voor het volgende boekjaar ter vaststelling over aan het bes-tuur. 3. Binnen een week na de vaststelling zendt het bestuur de begroting ter goedkeuring aan de raad der gemeente Leeuwarden. 4. Buiten de goedgekeurde begroting kan de stichting geen uitgaaf doen dan met afzonderlijke, voorafgaande machtiging van burgemeester en wethouders van de gemeente Leeuwarden. Rekening en verantwoording. Artikel 16: 6 7. De penningmeester is gehouden jaarlijks vóór 1 maart aan het bestuur rekening en verantwoording te doen van zijn beheer over het afgelopen boekjaar, zulks onder aanbieding van de door hem opgemaakte rekening van de stichting over dat jaar. Het bestuur doet zo tijdig door een deskundige een onderzoek naar de deugdolijkheid van de rekening instellen, dat het rapport van deze deskundige ter beschikking is bij de in het vierde lid bedoelde voor lopige vaststelling. Bij de inrichting van de rekening, bij het in het vorige lid bedoelde onderzoek en bij de keuze van do daarmee te belasten deskundige worden eventuele aanwijzigingen van burgemeester en wethouders van de gemeen te Leeuwarden in acht genomen. Voor 1 mei stelt het bestuur het ontwerp van de verlies- en winstreke ning over het afgelopen boekjaar en de balans per ultimo van dat boekjaar voorlopig vast. Binnen een week na de voorlopige vaststelling zendt het dagelijks be stuur een exemplaar van de in het vorige lid vermelde stukken, ver gezeld van een exemplaar van het in het tweede lid bedoelde des kundigenrapport, in aan de raad van de gemeente Leeuwarden, De raad van de gemeente Leeuwarden stelt zo spoedig mogelijk de in het vierde lid vermelde stukken vast. De vaststelling van do in het vorige lid bedoelde stukken strekt, voorzover de daarin opgenomen ontvangsten en uitgaven betreft, aan de penningmeester en alle anderen, die bij het geldelijk beheer van de stichting over het desbetreffende kalenderjaar betrokken zijn geweest, tot décharge, behoudens later in rechte gebleken valsheid in bewijs stukken of andere onregelmatigheden

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 168