Aangaan geldlening groot 2.000.000,c.a.
Bijlage no. 284 Leeuwarden, 19 augustus 1970.
Aan de Gemeenteraad.
Op 22 juni 1970 heeft de Raad besloten tot de bouw van 5 gymnastiek
lokalen en hiervoor een krediet beschikbaar te stellen van 2.177»500,
De Amsterdam-Rotterdam Bank N.V. te Amsterdam is bereid voor de
financiering van een gedeelte van de stichtingskosten een lening van
2.000.000,te verstrekken. Dit bedrag komt overeen met het totaalbedrag
van de betalingen, die wij ten behoeve van dit project verwachten te moeten
doen binnen een tijdvak van 12 maanden. Deze terwijn houdt verband met het
feit, dat Gedeputeerde Staten het hierbovenvermelde krediet van 2.177*500,-
vanuit financieringsoogpunt bekeken, eerst kunnen goedkeuren, nadat is aan
getoond, dat in de vaste financiering van de betalingen, die in een tijdvak
van 12 maanden ten laste van het krediet zullen plaats vinden, is voorzien.
Het leningsbedrag zal beschikbaar worden gesteld tegen parikoers. De loop
tijd bedraagt 30 jaar. De aflossing moet plaats vinden in 30 jaarlijkse
vrijwel gelijke termijnen.
De rente bedraagt Q^o, halfjaarlijks te voldoen.
Geldgeefster heeft verder nog de bijzondere voorwaarde gesteld, dat de bouw
van bedoelde gymnastieklokalen zal worden verricht door het Aannemingsbedrijf
Marcel Muyres II.V. te Sittard.
Zoals bekend zal de bouw van genoemde gymnastieklokalen in seriebouw plaats
vinden, overeenkomstig de plannen die daarvoor door de Vereniging van Neder
landse Gemeenten en de Nederlandse Heide Maatschappij zijn ontwikkeld.
Het Aannemingsbedrijf Marcel Muyres N.V. te Sittard bouwt deze gymnastiek
lokalen. Wij zijn van oordeel, dat, gelet op de ervaring, die genoemd aan
nemingsbedrijf reeds met de bouw van deze gymnastieklokalen heeft opgedaan, he
alleszins verantwoord is, de bouw aan het aannemingsbedrijf Marcel Muyres
H.V. te Sittard op te dragen, voor een nader door ons college met dit aan
nemingsbedrijf overeen te komen prijs.
Voor de overige leningsvoorwaarden verwijzen wij U naar de ter inzage
gelegde ontwerp-ieningsovereenkomst.
Wij hebben de Minister van Binnenlandse Zaken verzocht voor het aan
gaan van deze lening ontheffing te verlenen voor het bepaalde in artikel 5
van de Wet Kapitaaluitgaven Publiekrechtelijke lichamen", op grond van
welke bepalingen de gemeenten niet anders dan met de N.V. Bank voor Neder
landse Gemeenten geldleningen mogen aangaan. Wij hebben goede hoop, dal do
gevraagde ontheffing op korte termijn wordt verstrekt, in verband met het
feitm dat het hier een burgerzinlening betreft.
Onder mododeling, dat de Financiële Commissie zich hiermede kan ver
enigen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierbij gevoegde
ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsna Burgemeester.
de Jong
Secretaris.