-4-
Paragraaf 4.3.
De vergoedingen aan de leden van het algemeen bestuur.
Artikel 13.
De leden van het algemeen bestuur hebben aanspraak op vergoeding
van reis- en verblijfkosten volgens regelen,door de algemene vergade
ring te stellen.
Paragraaf 4.4.
Taak en bevoegdheden van het algemeen bestuur.
Artikel 14.
1. Alle bevoegdheden in het kader van deze regeling, die niet aan
een ander orgaan zijn opgedragen, behoren aan het algemeen bestuur.
2. Het algemeen bestuur stelt regels vast ter verzekering van de
geheimhouding van de het automatiseringscentrum ter beschikking
staande gegevens van de deelnemers en van anderen.
Artikel 15.
Het algemeen bestuur richt een centrum in voor de in artikel 5
bedoelde informatieverwerking en informatieverstrekking. Het stelt
voor dat centrum een reglement vast, waarin zodanige bepalingen wor
den opgenomen, dat verwerking met eigen apparatuur mogelijk zal zijn
en dat van diensten van derden gebruik zal kunnen worden gemaakt.
Hoofdstuk 5.
Het dagelijks bestuur.
Paragraaf 5.1
De samenstelling van het dagelijks bestuur.
Artikel 16.
1. Het dagelijks bestuur bestaat uit een door het algemeen bestuur
te bepalen aantal leden van tenminste zes en ten hoogste negen,
te weten:
a. de voorzitter en de tweede voorzitter van het automatiserings
centrum;
b. vier tot zeven door het algemeen bestuur uit zijn midden aange
wezen leden.
2. De aanwijzing van de leden van het dagelijks bestuur geschiedt zo
danig, dat zoveel mogelijk het aantal leden van het dagelijks be
stuur uit elk der provincies Drenthe, Friesland en Groningen gelijk
zal zijn.
Artikel 17.
1. De leden van het dagelijks bestuur worden gekozen voor de zittings
duur van het algemeen bestuur. Zij treden als lid van dat bestuur
af op de dag,waarop de zittingsperiode van het algemeen bestuur
afloopt. Zij zijn terstond herkiesbaar.
2. Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur vacant komt,
kiest het algemeen bestuur een nieuw lid. Gaat het openvallen van
een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van
een plaats in het algemeen bestuur dan zal het algemeen bestuur het
kiezen van een nieuw lid van het dagelijks bestuur uitstellen totdat
in de opengevallen plaats in het algemeen bestuur wederom zal zijn
voorzien.
3. Hij, die als lid van het dagelijks bestuur ontslag neemt of over
eenkomstig het in het eerste lid bepaalde moet aftreden, blijft
zijn functie waarnemen totdat zijn opvolger zijn functie heeft aan
vaard
4. Hij, die tussentijds ophoudt lid van het algemeen bestuur te zijn,
houdt tevens op lid van het dagelijks bestuur te zijn.
Paragraaf 5.2.
De werkwijze van het dagelijks bestuur.
Artikel 18.
1. Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter of ten
minste twee leden dit nodig oordelen.
2. Artikel 52, eerste en tweede lid, en artikel 98 van de gemeentewet
zijn van overeenkomstige toepassing.
Paragraaf 5.3.
De vergoedingen aan de leden van het dagelijks bestuur.
Artikel 19.
De leden van het dagelijks bestuur hebben aanspraak op vergoe
ding van kosten volgens regelen, door het algemeen bestuur te stellen.
Paragraaf 5.4.
De bevoegdheden van het dagelijks bestuur.
Artikel 20.
1. Aan het dagelijks bestuur is opgedragen:
a. het voorbereiden van al hetgeen aan het algemeen bestuur ter
overweging en beslissing zal worden voorgelegd;
b. het uitvoeren van de besluiten van het algemeen bestuur;
c. het beheer van de activa en passiva van het automatiserings
centrum;
d. de zorg, voorzover deze niet aan anderen toekomt, voor de con
trole op het geldelijk beheer en de boekhouding;
e. het nemen van alle conservatoire maatregelen, zowel in als
buiten rechte, en het doen van alles wat nodig is ter voorko
ming van verjaring en verlies van recht of bezit;
f. het binnen het raam van de door het algemeen bestuur vastge
stelde formatie van het personeel van het automatiserings
centrum benoemen c.q. te werk stellen op arbeidsovereenkomst
naar burgerlijk recht en het schorsen en ontslaan van perso
neel in dienst van het automatiseringscentrum, een en ander
behoudens het bepaalde in de artikelen 26 en 27 van de rege
ling en verder voorzover het algemeen bestuur niet heeft beslo
ten die bevoegdheid zelf uit te oefenen;
g. het onderhouden van contact met de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten of met een door haar in het leven geroepen rechts
persoonlijkheid bezittend lichaam, werkzaam in het belang van
de ontwikkeling van de automatisering ten behoeve van bestuur
en administratie der gemeenten;
h. het houden van een gedurig toezicht op al wat het automatise
ringscentrum aangaat.
2. Het dagelijks bestuur oefent, indien het algemeen bestuur daar
toe besluit en naar de door het algemeen bestuur te stellen rege
len, de aan het algemeen bestuur toekomende bevoegdheden uit, met
uitzondering van:
a. het vaststellen en wijzigen van de begroting;
b. het vaststellen van de rekening;
c. het wijzigen van deze regeling.
3. Het dagelijks bestuur kan zich door deskundigen doen bijstaan.
Paragraaf 5.5.
Verantwoording.
Artikel 21
Het dagelijks bestuur is voor zijn beleid aan het algemeen be
stuur verantwoording verschuldigd. Het geeft aan het algemeen bestuur
te dien aanzien alle verlangde inlichtingen, tenzij enig overwegend
openbaar of persoonlijk belang zich daartegen verzet.