IT o1 5481
IE RAAD DER GEMEENTE LEE WARDEN;
Gelezen de op 24 augustus 1970 ingekomen aanvraag van het be
stuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Leeuwarden om medewerking,
als bedoeld in artikel 72 der Lager-onderwijswet 1920, voor de aan
schaffing van een aantal leerlingensets ten behoeve van de onder zijn
bestuur staande Sint Gerardusschool, Buorren 14, Wijtgaard;
overwegende, dat door inwilliging van het verzoek de normale
eisen, aan het geven van lager onderwijs te stellen, niet zullen worden
overschreden;
dat het verzoek voldoet aan de in artikel 73 der Lager-onder
wijswet 1920 gestelde eisen:
gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 21 okto
ber 1970 (bijlage no. 348);
BESLUIT:
de gevraagde medewerking te verlenen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter,
Secretaris.
Instandhouding scholen "Dg Lijster en De Tuinflu.it er".
Bijlage no. 349- Leeuwarden, 21 oktober 1970.
Aan de Gemeenteraad.
De gemeentelijke kleuterschool "Do Lijster", Sint Jobsleen 297al
hier, zal dit jaar vermoedelijk door gemiddeld 51 kleuters worden bezocht,
terwijl het gemiddeld aantal over 1968 en 1989 resp. bedroeg 5515 en 54»
Aangezien deze kleuterschool Jan gedurende drie achtereenvolgende jaren door
minder dan 60 kleuters (het voor onze gemeente vereiste minimum) wordt be
zocht. zou zij op grond van artikel 1.1 van de Kleuteronderwijöwet moeten
worden opgeheven. Ingevolge het tweede lid van dit artikel kan de Minister
van Onderwijs en Wetenschappen, de Onderwijsraad gehoord, op verzoek van de
gemeenteraad in bijzondere gevallen telkens voor een jaar of tot wederop
zegging bepalen, dat con school in stand wordt gehouden, ook al is het aan
tal kleuters minder dan het zo juist vermelde aantal van 60, mits dat aan
tal niet minder bedraagt dan 20, "De Lijster" telde op 1 oktober j.l, 39
kinderen, terwijl er nog 9 niet-vierjarigen op de wachtlijst staan vermeld.
Deze kleuterschool staat in de binnenstad en heeft alszodanig ook een duide
lijke functie voor die binnenstad. Speelgeiegenheden ontbreken dear immers
praktisch geheel, terwijl het verkeer in de vaak nauwe straten met veelal
smalle trottoirs het niet mogelijk maakt, dat de kinderen op verder afgele
gen kleuterscholen worden geplaatst, afgezien nog van een eventueel tekort
aan plaatsruimte daarop.
Opheffing van "De Lijster" zou dan ook betekenen, dat de kleuters
uit de binnenstad praktisch van openbaar kleuteronderwijs zouden zijn ver
stoken, hetgeen wij niet verantwoord achten.
0,i. is er dan ook alle aanleiding de Minister te verzoeken te bepalen
dat deze kleuterschool in stand wordt gehouden.
Ook de gemeentelijke kleuterschool "De ïuinfluiter" Tuinen 40. alhier,
telt onvoldoende kleuters om op grond van het eerste lid var, artikel 11 van
de Kleuteronderwijswet in stand te worden gehouden. Fot gemiddeld aantal
kleuters van deze school bedroeg over 1962* 36.8; 1963: 38.1; 1984! 37-8;
1965: 39.8; 1966: 38.1; 1987: 35.7; 1968: 33.4; en 1969; 28.3, terwijl
dit over 1970 vermoedelijk 29 zal zijn. Deze school is sedert 1 januari 1952
éénklassig en werd op 1 oktober j.l. door 24 kleuters bezocht; op do wacht -
lijst staan 2 niet-vierjarigen vermeld. Van de mogelijkheid deze school
in stand te houden met toepassing van artikel 11, 2e lid, van de Kleuter
onderwijswet, is reeds vele malen gebruik gemaakt.
Op Uw verzoek (raadsbesluit van 24 november 1989» no. 17410 b) heeft de
Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen bij zijn beschikking van 5
maart 1970, K.B.0. 405-908, besloten, dat "De Tuinfluiter" over het jaar
1970 -in stand kan worden gehouden.
In de situatie van deze kleuterschool is praktisch geen wijziging gekomen.
Overplaatsing van kinderen naar andere scholen zou grote moeilijkheden op
leveren, niet alleen vanwege de plaatsruimte op andere kleuterscholen, maar
net name door de af te leggen afstanden langs drukke wegen 'en nauwe stro ten
in de binnenstad.
"De Tuinfluiter" ligt op een zodanige afstand van "De Lijster", dat ook een
samenvoeging van deze scholen op grote bezwaren zou stuiten en tengevolge zou
hebben dat verschillende kinderen uit de binnenstad, waarvoor kleuteronder
wijs zo dringend geboden is met het oog op het gebrek aan speelruimte, van-
dat onderwijs verstoken zouden raken.