2 - d. vier leden, benoend door do gemeenteraad, op aanbeveling van het college van burgemeester en wethouders, gehoord de raad. 1) Bij de benoeming van deze leden voor de eerste naai wordt de raad niet gehoord. 4- De raad kan personen uitnodigen als adviserend lid aan zijn werkzaan heden deel te nemen. 5. De loden als bedoeld in het derde lid, onder c, van dit artikel word benoend door de gemeenteraad op voordracht van de desbetreffende or ganen en instellingen of groepen van organen en instellingen. Indiër, bedoelde voordracht niet geschiedt binnen een door burgemeester en wethouders gestelde termijn, worden deze leden benoemd door de ge meenteraad op aanbeveling van burgemeester en wethouders, gehoord de raad. Artikel 2. 1. De leden treden af; a. voor zover zij lid van de gemeenteraad zijn, op het tijdstip, dat zij aftreden als raadslid en b. voor zover zij geen lid van de gemeenteraad zijn, op het tijdstip waarop de periodieke aftreding van de leden van de gemeenteraad plaats heeft. 2. Het lidmaatschap van de raad kan te allen tijde op eigen verzoek worden beëindigd. Dit verzoek wordt schriftelijk bij burgenees.ter eiq wethouders ingediend. p. Voor een lid als bedoeld in artikel 1, derde lid, onder c en d, eindigt het lidmaatschap van de raad in elk geval wanneer dit lid de functie of kwaliteit niet meer bekleedt, respectievelijk bezit, uit hoofde waarvan het in do raad is benoemd. 4. Voor een lid als bedoeld in artikel 1, derde lid, onder c, eindigt het lidmaatschap va.n de raad in elk geval wanneer hot orgaan of do groep van organen, op voordracht waarvan het is benoemd, verklaart, dat het niet meer als zijn c.q. haar vertegenwoordiger l:an worden beschouwd. p. Bij de eerste en do periodieke benoeming van de leden van de raad, als bedoeld in artikel 1, derde lid, onder c en d, wordt er zoveel mogelijk naar gestreefd, dat do helft erven jonger dan dertig jaar i;| 6. Bij de benoeming van de loden van de raad, als bedoeld in artikel 1, derde lid, onder c en d, wordt er zoveel mogelijk naar gestreefd, dat geen der te benoemen leden ouder dan 50 jaar is. Artikel 3- 1De raad benoemt uit zijn midden een voorzitter en twee vicc-voorzit- tors, die tezamen het presidium van de raad vormen. Het door burge meester en wethouders uit hun midden aangewezen lid lean geen deel uitmaken van het presidium. 2. Onder verantwoordelijkheid van do raad berust de dagelijkse leiding van en het dagelijks toezicht op de werkzaamheden van de raad bij het in het eerste lid van dit artikel bedoelde presidium. Artikel 4- iAls secretaris van de raad treedt op een door burgemeester en wethou-| dors aangewezen ambtenaar. Deze aanwijzing behoeft de instemming van de raad. 1) Gedacht wordt o.a. aan personen uit do kringen van do sociale dienst verlening, de jeugdgezondheidszorg en de voogdijverenigingen. mm r-\ Burgemeester en wethouders regelen de vervanging van de secretaris, indien deze verhinderd is als zodanig op te treden. De secretaris is geen lid van de raad. 2. Dg secretaris is belast met alle dagelijkse werkzaamheden, die uit de taken van de raad voortvloeien. Artikel 3- 1. Als taken van de raad worden aangemerkt; A. 1het instellen of doen instellen van onderzoekingen en het be studeren van vraagstukken, die verband houden mot het jeugd werk in de gemeente' 2. het coördineren, stimuleren en aktiveren van voorzieningen of vormen van dienstverlening met betrekking tot hot jeugdwerk; 3. het uitbrengen van adviezen - desgevraagd of uit eigen bewe ging - aan organen, instellingen en personen, die op hot ter rein van het jeugdwerk in de gemeente werkzaam zijn; B. het schriftelijk uitbrengen van adviezen - desgevraagd of uit eigen beweging - aan de gemeenteraad of burgemoester en wet houders over alle zaken, die het gemeentelijk jeugdbeleid be treffen. Artikel 6. 1De raad kan zich bij de vervulling van de hem opgedragen taken doen bijstaan door secties voor doelgebieden (hierna te noemen "secties") en commissies voor bepaalde doeleinden (hierna te noemen "commissies") 2. Hot voorzitterschap van dc secties en van de commissies wordt bij voorkeur bekleed; a. door eon door do in overlag met do betreffende sectic of commissie uit zijn midden aangewezen lid of b. door con door de raad in overleg mot do betref fende sectio of commissie aangewezen adviseur, als bedoeld in artikel 1vierde lid. 3. De raad wijst de organen en instellingen plan wel groepen van orga nen en instellingen aan, die voor vertegenwoordiging in eon sectie in aanmerking komen. De raad kan op grond van gewijzigde omstandigheden of verhoudingen een eenmaal gedane aanwijzing als bedoeld in dit artikellid intrek ken. De raad gaat niet eerder tot een zodanige intrekking over dan nadat het betrokken orgaan of do betrokken instelling is gehoord. 4. De raad benoemt de leden van do secties op aanbeveling van de in het tweede lid van dit artikel bedoelde organen en instellingen voor do tijd van ten hoogste vier jaar..Aftredende leden kunnen terstond worden herbenoemd. 5. Het lidmaatschap van een lid van oen sectie eindigt in elk geval op het tijdstip, waarop de raad de in het tweede lid van dit artikel bedoelde aanwijzing intrekt van het orgaan of de instelling, dat c.q. die door dat lid wordt vertegenwoordigd, of wanneer hot betrok ken orgaan of do betrokken instelling verklaart, dat het op zijn c.q. haar aanbeveling benoemd lid niet moor als zijn c.q. haar vertegen woordiger kan worden beschouwd. 6. Tor vervulling van elkë vacature, die in de secties hetzij door pe riodieke aftreding hetzij op andere wijze ontstaat, verzoekt de raad het betrokken orgaan of dc betrokken instelling zo spoedig mogelijk een aanbeveling in te dienen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 37