- 58 - Zoals onder het hoofd "Monumentenzorg" al werd opgemerkt zal het museum Princessehof reeds in 1971 over een deel van de gerestau reerde ruimten kunnen beschikken. Dan zal ook een begin kunnen worden gemaakt met het feitelijk opzet ten van het museum in zijn nieuwe gedaante. Hoewel de ceramische af deling ook in de toekomst de kern van het museum zal vormen, zullen daarnaast andere afdelingen en activiteiten de aantrekkelijkheid van deze instelling sterk kunnen verhogen. In dit verband kan o.a. gedacht worden aan de belangwekkende tegclcollectie, de nog in opbouw zijnde verzameling moderne kunst en de mogelijkheid tot hot arrangeren van muzikale- en andore evenementen. Het Princessehof zal in do toekomst meer dan reeds het geval was, in de publieke belangstelling kunnen worden gebracht en aldus een belangrijk element in het culturele le ven in onze stad kunnen gaan vormen. Wij vertrouwen, dat daarbij bij voortduring op de zozeer gewaardeerde steun van de Ottema-Kingma Stich ting en de Vereniging van Vrienden van het Princessehof zal mogen worden gerekend. De nieuwe omvang en structuur van het Princessehof zullen uiter aard van invloed zijn op de exploitatiekosten van het geheel. Het name ook in de personele sfeer zal een verhoging van de uitgaven wel noodzakelijk zijn. Te zijnor tijd zullen U hieromtrent de nodige voorstellen bereiken. Tegenover de aanzienlijke lasten, die het Princessehof voor do ge meente zal meebrengen, staat geen noemenswaard rijkssubsidie (jaar lijks wordt slechts een bijdrage van 250,-- ontvangen). Mede gelet op de nationale en zelfs internationale betekenis van het museum me nen wij, dat een forse bijdrage uit do rijksmiddelen stellig op zijn plaats zou zijn. Wij stellen dan ook pogingen in het werk een reëel subsidie voor het Princessehof op de begroting van het ministerie van Cultuur, Recrea tie en Maatschappelijk Werk opgenomen to krijgen. B. Jeugdzaken. De door U ingestelde Raad voor Jeugdaangolegenheden zal dit jaar voor het eerst zijn taak gaan uitoefenen. Gezien het aandeol, dat de jeugdorganisaties zelf in de totstandkoming van deze Raad hebben ge had, menen wij, dat de verwachting gerechtvaardigd is, dat dit orgaan eon belangrijke bijdrage aan hot uitstippelen van oen verantwoord be leid t.a.v. jeugdzaken zal kunnen leveren. Onder de vraagstukken, dio do aandacht van de Jeugdraad zullen vragen, zal het probleem van de

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 119