I 5. Do sociale werkplaats zon ondc-r de huidige onstandigheden "belang rijk neer werkneners kunnen te werk stellen dan thans het geval is. Het aanbod van werkneners is echter niet groter in de regio die door onze werkplaats wordt bestreken. Reeds in de aanbiedingsbrief bij de begroting voor het dienstjaar 1970 schreven wij, dat wij intergemeen telijke sanenwerking op het gebied van de soc.ia.lo werkvoorziening dringend noodzakelijk achtten. De perspectieven on op korte ternijn tot sanenwerking te konen net geneenten, die ook een socia.le work- plants exploiteren, lijken op dit nonent niet zo gunstig. Wij blijven echter, in sanenwerking net de rijksconsulent voor de conplenentaire sociale voorzieningen, de mogelijkheden on tot sanenwerking te konen aftasten. iGeneontolijko Socia.le Dienst. Hot in de aanbiedingsbrief bij de begroting 1970 reeds vermelde streven van de regering on de verlening van periodieke bijstand door de gemeentebesturen te uniformeren, heeft geresulteerd, in oen regeling, waarbij landelijke nomen voor de verlening van bijstand zijn vastge steld. Deze normen zijn namelijk net ingang van 1 juli 1970 gekoppeld aan de van rijkswege aanbevolen indica.tieve normen. Als gevolg van het feit, dat de van rijkswege vastgestelde normbedragen zijn geba- seerd op het minimumloon en tot nu toe in onze gemeente de normen wa ren afgeleid van het salarisbedrag van loongroop III van de gemeente lijke bezoldigingsverordening, zullen de bijstandsuitkeringen een 're- la.t.ieve teruggang ondergaan. Alhoewel wij begrip hebben voor het streven van de Regering naan meer eenheid in de bijstandsuitkeringen, hadden wij toch liever de normen gehandhaafd op het vóór 1 juli 1970 geldende, rela.tief iets hogere peil. Aangezien n.i.v. 1 juli 1970 de normbedragen zijn gewijzigd, hebben wij besloten om over het tweede half jaar 1970 de verhoging in de vorm van een uitkering-ineens uit te betalen en per 1 januari 1971 de week on maandbedragen to verhogen. Hierdoor wordt grotendeels voorkomen, dat de bi j stamdgeni et enden do nieuwe regeling als eon teruggang erva ren. De financiële verhouding met het rijk wordt voor wat de bijstands uitkeringen betreft per 1 ja.nua.ri 1971 in die zin gewijzigd, da.t in de uitkeringen een rechtstreekse bijdrage van o&fi wordt verleend, terwijl voor de resterende 50^ó de zgn. 80/ó-regeling za.1 blijven gelden. Hier mede is in de begroting nog geen rekening gehouden. Overigens verwij zen wij U naar Hoofdstuk III "financiële beschouwingen" (Dekkingsmid-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 151