Aanhangsel nr. 16.
Schriftelijke vragen van de raadsleden S. Bouma en G. de Vries, gedaan
bij schrijven van 14 maart j.l., met betrekking tot het door brand ver
woeste pand Doelestraat 5 (JOK-gebouw)
Vragen:
Acht het college van b. en w.
herbouw van het JOK-gebouw ter
plaatse mogelijk en zo ja, op
welke termijn?
Indien herbouw op de huidige
plaats niet mogelijk mocht zijn
wat is daarvan dan de reden en
is er in dat geval al een an
dere bestemming te noemen?
Welke mogelijkheden ziet het
college van b. en w. om door
middel van provisorische voor
zieningen ruimte ter beschik
king te krijgen voor de acti
viteiten van jeugdiger en jonge
ren die tot nu toe in het JOK-
gebouw plaatsvonden?
Kan het college toezeggen, dat
met betrekking tot het geheel
van voorzieningen aan accomoda-
ties ten behoeve van de jeugd
met spoed een plan wordt ont
wikkeld - mogelijk ingepast in
het totaal aan culturele voor
zieningen - waarin de defini
tieve vervangende ruimte voor
het JOK-gebouw wordt opgenomen?
Is het college bereid in het ka
der van het tot stand brengen
van accomodaties voor sociaal-
culturele voorzieningen aan de
vervanging van het JOK-gebouw
prioriteit te verlenen?
Antwoorden van Burgemeester en
'ethouders
Herbouw is uit stedebouwkundige over
wegingen op deze plaats niet mogelijk.
Het terrein, waarop het JOK-gebouw
staat, zal een bestemming moeten
krijgen, welke past in het kader van
de functie van de bebouwing in deze
omgeving.
Wij hebben onder leiding van de betref
fende wethouder een werkgroep inge
steld om te trachten voor dit pro
bleem op korte termijn een oplossing
te vinden.
Met betrekking tot dit punt verwijzen
wij naar het antwoord op vraag 3*
Dit is inderdaad het geval
Leeuwarden, 20 maart 1970-
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden
J.S. Brandsma
Burgemeester,
de Jong
Secretaris.