8. de gemeente Leeuwarden is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uitwinning; 9» partijen dora afstand van het recht tot hot vragen van ontbinding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van hot Burgerlijk Wet boek. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verlenen van medewerking aan het ontbinden van de erfpachtsovereenkomst net Mr. G.F.W. Hartung alhier, ten aanzien van een perceel bouwterrein, gelegen in het bestenningsplan t AldlÖn". Bijlage no. 385. Leeuwarden, 11 november 1970. Aan de Gemeenteraad. Bij akte, verleden op 22 december 1966 ten overstaan van notaris Mr. A.N. Duintjer, alhier, gaf, onze gemeente aan de heer Mr. G.F.W. Hartung, wonende te Leeuwarden, Heliconweg. 35t>, in erfpacht uit een ten noorden van het Van Harinxmakanaal en ten westen van de Wirdumervaart gelegen perceel bouwterrein (bungalowterrein) thans kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie F, nummer 548, groot 717 ca. Het perceel is op de ter inzage gelegde tekening roodomlijnd aangegeven. Ingevolge het gestelde in artikel 12 van de op de vorenbedoelde erf- ff pachtsuitgifte van toepassing verklaarde Algemene Erfpachtsbepalingen Leeu warden 1965",is de erfpachter verplicht op de in erfpacht uitgegeven grond te bouwen en deze bouw binnen drie jaren na de datum van uitgifte, in het onderhavige geval derhalve vóór 22 december 1969s ten genoegen van Burge meester en Wethouders te voltooien. Tot heden is het bovenbedoelde terrein evenwel onbebouwd gebleven. In verband met het vorenstaande hebben wij betrokkene verzocht ons te berichten, welke plannen er zijnerzijds met betrekking tot het onder havige bouwterrein bestaan. De heer Hartung heeft ons medegedeeld ter plaat se niet te zullen bouwen en ons verzocht te bevorderen, dat de met hem, ge sloten erfpachtsovereenkomst wordt ontbonden. De brief van betrokkene is bij de ter inzage gelegde stukken gevoegd. Tegen het verlenen van de gevraagde medewerking hebben wij geen be zwaar. Wij merken hierbij nog op, dat zich reeds nieuwe gegadigden voor het bedoelde terrein bij ons hebben aangemeld. Op grond van het bepaalde in artikel 4s lid 1, sub c, van de "A.E.L. 1965" vervalt de bij de uitgifte van erfpachtsgrond door de erfpachter ge storte waarborgsom aan de gemeente o.m. indien in verband met het nietna- komen van de verplichting tot voltooiing van de bebouwing binnen de ter mijn van drie jaren, het erfpachtsrecht wordt beëindigd op verzoek van de erfpachter. Wij achten geen termen aanwezig om in dit geval van de aange haalde bepaling af te wijken. Wij geven U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1970 | | pagina 56