- 86 -
11. Zijn er in 1971 nO£ in bepaalde wij
ken - Het Vliet niet meegerekend -
initiatieven te verwachten welke zul
len leiden tot voorzieningen op het
terrein van het open bejaardenwerk.
Zo ja, welke zijn dat en vallen er
nog mededelingen te doen omtrent het
soort voorzieningen welke worden na
gestreefd?
12. Kan juist de gemeente hier niet
sterker stimulerend optreden t.a.v.
het open bejaardenwerk hetwelk ook
uitvoerbaar is zonder dienstencen
trum?
13= Is het College bereid te onderzoe
ken of er eventueel mogelijkheden
zijn voor "vormingswerk" onder bo
ven 65-jarigen?
Volgnr. 558.
1Voor herscholing en tewerkstelling
is minder voorgedragen dan de werke
lijke kosten in 1969= Waar komt dit
uit voort?
Haast de in de aanbiedingsbrief ge
noemde plannen in het zuidelijk ge
deelte van de stad, waar in de afge
lopen zomer een onderzoek naar de be
hoefte aan een dienstencentrum een
duidelijk positief antwoord heeft op
geleverd (het Provinciaal Opbouwor-
gaan zal hierover een eindrapport
uitbrengen), wordt ook in het westen
van de stad aan uitbreiding van het
open bejaardenwerk gedacht. Tot nu
toe werden deze activiteiten gehouden
in het gebouw "'t Roekenest".
Gestreefd wordt naar een betere accom
modatie en naar uitbreiding van het
dienstverleningspakket
Verder dient nog genoemd te worden de
maaltijdenverstrekking in Leeuwarden,
in samenwerking met het dienstencen
trum Menaldumadeel (gevolg van een
overcapaciteit aldaar) door middel
van het zogenaamde régéthermic sys
teem.
Hoewel wij op het standpunt staan dat
t.a.v. het open bejaardenwerk er pri
mair een taak ligt bij het particulier
initiatief, zijn wij bereid de vraag
of het open bejaardenwerk nog meer
van gemeentewege gestimuleerd moet
worden, voor te leggen aan de Raad
voor Bejaardenaangelegenheden.
Het wil ons voorkomen dat hier, voor
zover er behoefte aan "vormingswerk"
Aroor boven 65-jarigen zou bestaan,
een taak ligt voor de bejaardensocië
teiten of de dienstencentra.
Overigens zijn wij bereid de vraag
voor te leggen aan de Raad voor
Be j aardenaangelegenheden
In de bedragen, vermeld bij volgnum
mer 558 van de begroting zijn opgeno
men de voor rekening van de gemeente
blijvende kosten terzake van de Dienst
Sociale Werkvoorziening (exclusief de
aanvullende rijkssubsidie en de bij
dragen van de buitengemeenten, welke
ontvangsten op volgnr. 287 worden ge
raamd).
In 1969 werd te dezer zake aan de
dienst betaald 863.400
Voor 1970 werd geraamd 1.201.035?
(Het werkelijke tekort
zal over dat jaar naar
schatting rond ƒ7 5 0.000,-
bedragen)
Voor 1971 wordt ge
raamd 669.120,--
