Toetreding als lid tot de Vereniging "Landelijke Raad voor Schooladvies- werk" Bijlage no. 108. Leeuwarden, 31 maart 1971» Aan de Gemeenteraad. De Nationale Federatie voor de Geestelijke Volksgezondheid, de Nationale Raad voor Maatschappelijk Welzijn en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten hebben op 16 juni 1970 de vereniging "Landelijke Raad voor Schooladvieswerk" opgericht. Bij Koninklijk Besluit van 14 augustus 197°, nr. 160, zijn de statuten van deze vereniging goedgekeurd. De doelstelling van de vereniging is de bevordering van het school advieswerk in Nederland. De vereniging stelt zich voor dit doel te bereiken met de in artikel 3 van de statuten - welke voor U ter inzage zijn gelegd - genoemde middelen. Het lidmaatschap van de vereniging staat open voor publiekrechtelijke lichamen, die instellingen of diensten, werkzaam op het terrein van het Schooladvieswerk, in stand houden en rechtspersoonlijkheid bezittende in stellingen en organisaties, welke werkzaam zijn op het terrein van het schooladvieswerk, alsmede landelijke organisaties, welke zich bewegen op het terrein van het schooladvieswerk of wier arbeid daarmede nauw verband houdt Nu het schooladvieswerk in deze gemeente duidelijk tot een snelle ont wikkeling komt, achten wij het van belang, dat de gemeente als lid toe treedt tot deze landelijke organisatie, te meer nu het zich laat aanzien, dat genoemde Landelijke Raad een belangrijk orgaan zal worden als ge sprekspartner van de centrale overheid in zaken betreffende de subsidiëring e.d. van het schooladvieswerk. Bovendien zal het landelijk orgaan belangrijk werk kunnen verrichten op het terrein van de research en van de coördinatie en evaluatie van gegevens. Vooral nu een en ander zich nog in een beginstadium bevindt, zal door contacten op landelijk niveau veel kunnen worden bereikt. Aan het lidmaatschap zullen uiteraard financiële consequenties ver bonden zijn. Welke deze consequenties zijn, is thans nog niet bekend, aan gezien nog een bijdrageregeling moet worden vastgesteld. Wij menen evenwel, dat dit op dit moment geen beletsel voor toetreding mag zijn. Indien U besluit tot toetreding als lid van de Landelijke Raad voor Schooladvieswerk, dienen een vertegenwoordiger en een plaatsvervangend vertegenwoordiger te worden benoemd. Aangezien de gemeente als lid toe treedt, zullen deze vertegenwoordigers in de eerste plaats het gemeente belang dienen te behartigen. V/ij achten het echter eveneens van belang, dat ook de Bestuurscommissie voor de Schooladviesdienst nauw bij een en ander wordt betrokken. Op grond van deze overwegingen dragen wij U ter benoeming voors a. als vertegenwoordigers de voorzitter van de Bestuurscommissie voor de Schooladviesdienst (ambtshalve de Wethouder van Onderwijs)5 b. als plaatsvervangend vertegenwoordigers de secretaris van de Bestuurscommissie voor de Schooladviesdienst. Wij merken tenslotte nog op, dat het deelnemen in verenigingen inge volge het bepaalde in artikel 228, sub a, van de gemeentewet aan de goed keuring van Gedeputeerde Staten is onderworpen. Wij stellen U voor te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1971 | | pagina 145