Herstructurering avondonderwijs.
Bijlage no. 119. Leeuwarden, 31 maart 1971.
Aan de Gemeenteraad.
In Uw vergadering van 31 maart 1970 hebt U besloten aan de Minister van
Onderwijs en Wetenschappen te verzoeken in het scholenplan voor de jaren
1972, 1973 en 1974 op "te nemen een avond- c.q. een dag-avondschool voor mid
delbaar algemeen voortgezet onderwijs, lager economisch- en administratief
onderwijs en middelbaar economisch- en administratief onderwijs of een combi
natie van deze vormen van onderwijs, en wel voor het jaar 1972. Het hierop
betrekking hebbende voorstel (bijlage no. 100) hebben wij bij de stukken voor
U ter inzage gelegdAangezien op het moment van indiening van dit voorstel
nog onduidelijkheid bestond ten aanzien van de nieuwe vorm, waarin het avond
onderwijs zou kunnen worden gerealiseerd, werd aan het verzoek een ruime om
schrijving gegeven. Het nadere overleg over de herstructurering van het avond
onderwijs heeft tenslotte geleid tot een aantal aanbevelingen, welke de
staatssecretaris bij zijn beleid tot uitgangspunt heeft genomen. Bij brief
van 15 december 1970 heeft hij hiervan aan de besturen van de handelsavond
scholen mededeling gedaan.
De nieuwe structuur voorziet in het vervangen van de handelsavondschool
met 3-ja-^ige cursus door een avond-mavo met een 3- en 4-jarige afdeling (in
het avondonderwijs 2- en 3_jarig)Het vierde en het vijfde leerjaar van een
handelsavondschool met 5-jarige cursus zullen teruggevonden kunnen worden in
cursussen, die aan een instituut voor dag- of avondonderwijs verbonden zijn.
Voor zover wij zijn geïnformeerd, ligt het in het voornemen deze cursussen
voor zoveel mogelijk aan de avondschool te verbinden. Het onderwijs aan de
avond-mavo zal ook cursorisch kunnen worden gevolgd, waarmede de mogelijkheid
wordt geopend z.g. deelcertificaten te behalen, die tot een volledig diploma
kunnen leiden.
In het overleg, dat naar aanleiding van dit rondschrijven van de staats
secretaris met de overige besturen van de in de provincie Friesland gevestig
de handelsavondscholen en in de Regionale Commissie Friesland voor het ge
meentelijk voortgezet onderwijs heeft plaats gevonden, kwam de vraag centraal
te staan, welk aantal avond-mavo's in Friesland zou dienen te worden gevormd.
Naar onze mening verdient de vorming van één instituut voor avondonderwijs
voor de gehele provincie Friesland, waarbij op zoveel mogelijk plaatsen in
de provincie les wordt gegeven, de voorkeur. Deze opvatting wordt gedeeld
door het gemeentebestuur van Harlingen en het bestuur van de Christelijke
handelsavondschool te Sneek. Immers het vormen van één instituut opent de weg
naar een grotere differentiatie, waarmede de belangen van de leerling naar
onze mening het beste zijn gediend. De besturen van de gemeenten Smallinger-
landHeerenveen en V/eststellingwerf geven evenwel de voorkeur aan het vormen
van een zelfstandig instituut voor hun verzorgingsgebiedHoewel een nadien
door het Centraal Orgaan voor het gemeentelijk voortgezet onderwijs uitge
bracht rapport eveneens wijst in de richting van de vorming van één instituut
voor de gehele provincie Friesland, heeft dit rapport in het standpunt van
genoemde gemeentebesturen geen wijziging kunnen brengen. Hoewel dus op grond
van onderwijskundige motieven naar onze mening de voorkeur moet worden gege
ven aan de vorming van één instituut voor Friesland, - waarbij in verband met
de uitgestrektheid van het voedingsgebied en de verbindingen naar het insti
tuut het beschikbaar aantal leraarlessen zodanig moet worden aangewend, dat
één of meer groepen buiten de plaats van vestiging van de school onderwijs
zullen kunnen ontvangen -, kunnen wij U thans slechts voorstellen te besluiter
Uw verzoek voor opneming in het plan van scholen voor de jaren 1972, 1973 cn
1974 zodanig te wijzigen, dat wordt verzocht in dit scholenplan op te nemen
een school voor avond-mavo, te vestigen in Leeuwarden en op te richten door