Gelet op artikel 7 van de Voorbercidingsverordening, de artikelen 2 en volgende van de Schadevorgoedingsverordening 1930, artikel 10 van do Overgangswet Ruimtelijke Ordening en Volkshuis vesting en artikel 168 van de Goneentewet; het verzoek van de heer Jan Boonsna Psn, wonende te Leeuwarden, on vergoeding van de schade geleden door de toepassing van de Voorbereidingsverordening net betrekking tot het pand Lange Marktstraat 3)0, alhier, af te wijzen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter Secretaris 1 3. j 2 3- j ri v o<jtn nil o 13113 f d u> t do gemeente onder deze omstandigheden niet gehouden is on aan de hoer Boonsna schade te vergoeden. Inners niet de gemeentelijke overheid heeft hen net betrekking tot het onderwerpelijke pand in de positie gebracht, v/aarin hij nu verkeert, doch hij zelf door, ondanks de daaraan klevende beswaren en de ten aanzien van het pand reeds bestaande en de bij de inwerkingtreding van de Voorberei dingsverordening nog te verwachten beperkingen, tot aankoop daarvan over te gaan. Op grond van het bovenstaande zijn wij van oordeel, dat er in het onderhavige geval geen reden is tot vaststelling c.q. toekenning van (plan) schade. Wij stellen U daaron voor hot verzoek on toekenning van planschado af te v/ijzen. Burgeneester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsna Burgeneester de Jong Secretaris. No. 6785. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN j Gelezen het voorstel van Burgeneester en Wethouders van 12 nei 197*1 (bijlage no. 167 BESLUIT:

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1971 | | pagina 310