Beëindiging van het erfpachtsrocht met betrekking tot een strook grond aan de Bleeklaan, op gronden van algemeen nut. No. 3030 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 3 maart 1971 (bijlage no. 82); BESLUIT aan te kopen van mevr. M. Hoekstra, geboren Gardenier, wonende te LeeuwardenTijnjedijk 68, en consorten, een noordelijk gedeelte ter grootte van plm. 13 centiare, van het aan de Tijnjedijk gelegen per ceel, kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie G, nummer 468, totaal groot 136 centiare, welk perceelsgedeelte op de bij dit besluit beho rende tekening roodgekleurd is aangegeven voor een koopsom van 195,- en voorts onder de volgende bedingen: 1het perceelsgedeelte wordt overgedragen met alles wat daarop of daarin aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van huur en hy potheek; 2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden van de akte van overdracht 3. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke van het over ,te dragen perceelsgedeelte worden geheven voor rekening van de gemeente Leeuwarden; 4. door en op kosten van de gemeente Leeuwarden zal op het aan ver koopster verblijvende gedeelte van perceel nummer 468, onmiddellijk langs de grens tussen het gekochte en het niet gekochte, een tuin hek van azobé-hout, hoog 0,60 m worden geplaatst, waarin ter plaatse van het voetpad een draaihekje voor het voetgangersverkeer wordt afgehangen; 5. het onderhoud van het onder 4 bedoelde tuinhek met draaihekje is ten laste van verkopers; 6. indien nodig en gewenst wordt door en voor rekening van de gemeente Leeuwarden het niet-gelcochte gedeelte voortuin in overleg met ver kopers zover opgehoogd, dat een aanvaardbare aansluiting aan het trottoir wordt verkregen; 7. voorzover nodig zal door en op kosten van de gemeente Leeuwarden het toegangspad naar de woning, staande op het niet gekochte per ceelsgedeelte, onder afschot worden herlegd en in aansluiting worden gebracht met het op het gekochte perceelsgedeelte aan te leggen trottoir; 8. verkopers zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die we gens uitwinning; 9. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek; 10. de kosten van overdracht komen voor rekening van de gemeente Leeuwar den. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Bijlage no. 83. Leeuwarden, 3 maart 1971 - Aan de Gemeenteraad. In Uw vergadering van 13 mei 1968 besloot medewerking te verlenen aan het ontbinden van de erfpachtsovereenkomsten betreffende diverse stroken grond aan de Bleeklaan, de Insulindestraatde Alma Tademastraat en de Cam- minghastraatDit was voor de gemeente van belang om ter gelegenheid van het leggen van een hoofdriool te komen tot een algehele reconstructie en verbete ring van deze straten. De desbetreffende notariële akten zijn inmiddels gepasseerd, evenwel met uitzondering van de akte inzake het ontbinden van de erfpachtsovereenkomst met betrekking tot de op de ter inzage gelegde tekening roodgekleurd aangege ven, vóór het perceel Bleeklaan 15 gelogen grondstrook, ter grootte van plm. 11 m^. Het is de notaris, die wij destijds hebben verzocht de akten op te ma ken, tot heden n.l. niet gelukt alle erfgenamen/mede-eigenaren in het recht van erfpacht op het perceel Bleeklaan 15, te bewegen hun medewerking aan het verlijden van de akte te verlenen. Op grond van artikel 22 van de in het onderhavige geval van toepassing zijnde "Bepalingen betreffende de uitgifte in erfpacht van bouwterreinen gelegen tussen Oostersingel en Cambuursterpo,d en toebehorende aan de gemeente Leeuwarden" (1917), hebben wij dan ook aan de erfpachters kennis gegeven van 0 o -s v o 0 j- o m fi o in Gj cl o. U voor te stellen de beëindiging van het erfpachtsrecht op de benodigde grondstrook op gronden van algemeen nut uit te spreken. Be trokkenen hebben geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om bij U bezwaren tegen dit voornemen in te dienen. De erfpachtscanon van het resterende gedeelte dient uiteraard naar even redigheid te worden verminderd. Tevens dient Uw besluit van .13 mei 1968, no. 6911d te worden ingetrokken. Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma, Burgemeester. de Jong, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1971 | | pagina 86