Subsidieregeling plaatselijke kruisverenigingen
bijlage no.230. Leeuwarden, 23 juni 1971
Aan de Gemeenteraad.
De in 1957 ingevoerde subsidieregeling voor de plaatselijke kruisvere
nigingen heeft gedurende ruim tien jaren bevredigend gefunctioneerd. Ze ging
uit van het -principedat alle leden van de kruisverenigingen in onze Gemeen-
•te bij ongeveer gelijke rechten eenzelfde bedrag aan contributie zouden moe
ten opbrengen. Ze was gebaseerd op een analyse van de verzorgingstaken en de
kostenopbouw van elk der verenigingen in samenhang met de ledenaantallen. Op
grond van de toen totstandgekomen regeling werden de vijf in dc, gemeente
Leeuwarden werkzame kruisverenigingen gesubsidieerd met een onderling ver
schillend bedrag per lid. In haar toepassing was deze regeling derhalve bij
zonder eenvoudig. Aanpassing van de subsidies aan in de loop der jaren op
tredende kostenstijgingen vend plaats door een procentuele verhoging van de
basisbedragen per lid.
Het is duidelijk, dat een dergelijke subsidieregeling slechts goed
blijft werken, zolang de structuren en de onderlinge verhoudingen niet
noemens\^aard wijzigen. Bij belangrijke wijzigingen -en die hebben zich
inderdaad voorgedaan, o.a. door de fusie van twee afdelingen (Leeuwarden en
Huizum/Lekkum/Miedum)- moeten de basisbedragen per lid worden herzien.
Hieraan zal dan weer een tijdrovènde analyse vooraf moeten gaan, terwijl die
zou moetenworden herhaald, zodra opnieuw belangrijke wijzigingen plaats
vinden
Wij bieden U daarom hierbij een nieuwe subsidieregeling ter vaststel
ling aan, die op geheel andere leest is gescho.eid. Wij hebben getracht ande
re grondslagen te vinden voor de subsidiëring van de kruisverenigingen en
hebben daarbij aansluiting gezocht bij de naar vorengekomen wens van de
verenigingen, om de salariskosten van de wijkverpleegsters als grondslag te
kiezen. Deze drukken namelijk steeds zwaarder op het budget der verenigingen
Het Rijk subsidieert ook in de salariskosten van de wijkverpleegsters en
wel tot 55$. -
Uit het indertijd ingestelde onderzoek naar de kostenstructuren bij de
verenigingen is gebleken dat bij een grotere 'verspreidheid van de leden(in
de ..dorpen) één wijkverpleegster minder leden kan bedienen dan in de stad.In
verhouding drukken de salariskosten -en ook een procentueel deel daarvan-het
zwaarst op de kleine verenigingen. Wi'j zijn daarom tot de conclusie gekomen,
dat het aanbeveling verdient het rijkssubsidie aan te vullen tot 100$ en
daarop een aftrek per lid toe te passen zie artikel 1 van de ontwerp-rege-
ling) Hiermee word-t bereikt, dat alle verenigingen met eenzelfde bedrag
per lid in de salariskosten bijdragen. Bij een aanvulling tot b.v. 80$ of
90$ zou -het ten laste van de verenigingen blijvende deel van de salaris
kosten ongelijk op de leden blijven drukken. Met ons voorstel wordt derhalve
wat de voornaamste kostenfactor betreft volledig recht gedaan aan het prin
cipe van de oude regeling: een gelijke bijdrage voor hetzelfde recht op
hulp van een wijkverpleegster.
Het uitdrukken van het eigen aandeel in de salariskosten in een bedrag
per lid-en niet in een percentage heeft tot gevolg, dat de leden zelf in
toekomstige salaris-stijgingen gocrl dandeel zouden hebben.