De parkeerruimten en-de rijwielstallingen zijn daarom niet geconcentreerd maar gespreid, mede omdat de verschillende recreatieterreinen bestaan uit langgerekte oeverstreken, die geen bepaalde hoofdtoegang hebben, maar over een breed front door middel van voetpaden toegankelijk zijn. Daarbij wordt gedacht aan een vorm waarin de aanzienlijke hoeveelheid te parkeren auto's van de bezoekers van het dagrecreatieterrein I worden ondergebracht in kleine eenheden van plm. 130 auto's, van elkaar gescheiden door bos- stroken van plm. 50 m. breed. Hierdoor wordt voorkomen, dat grote parkeerterreinen ontstaan, waardoor de bezoeker zich verloren voelt en die als ruimte landschappelijk niet ver antwoord zijn in dit relatief kleine gebied. Om de gemiddelde parkeerbe- hoefte gedurende het seizoen te kunnen opvangen, zal een aantal parkeer terreinen verhard worden. Voor de opvang van de bezoekers op topdagen zullen een aantal semi-verharde parkeerterreinen worden aangelegd, welke terreinen op andere dagen even tueel als dagcamping dienst kunnen doen. Voor het dagrecreatieterrein I is parkeerruimte ontworpen voor 755 auto's, waarvan voor 500 auto's verharde en voor 255 auto's semi-verharde terreinen. Voor deelplan 2 zijn in deelplan H 1 510 parkeerplaatsen opgenomen, voor de helft verhard en voor de andere helft semi-verhard. De nog resterende nodige parkeerplaatsen zullen in deelplan H 2 zelf worden aangelegd. Gezien de ligging is deelplan H 1 voorts bestemd om als groene bufferzöne te fungeren tussen de rijksweg en de zuidelijk daarvan gelegen recreatiegebieden (camping, zwembad, recreatieterreinen). De beplanting zal daarom in hoofdzaak bestaan uit boscomplexen, waarin wandelpaden en open ruimten zullen worden opgencmen voor wandelaars. De kosten van deelplan H 1 worden geraamd op 5«507.000,-- of afge rond 5.510.000,De Koninklijke Nederlandsche Heidemaatschappij heeft voor de realisering van het deelplan drie jaar uitgetrokken. Wij hebben het voorontwerp voor dit deelplan door tussenkomst van Gedeputeerde Staten van Friesland reeds in 1970 ter subsidiëring ingediend bij het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Volgens de tot dusver gevolgde gedragslijn mag in de kosten een subsidie van 75 worden verwacht. Zodra bekend is of en zo ja tot welke bedragen subsidie van het rijk kan worden tegemoet gezien, zullen voor het ten laste van de gemeente blijvende deel van de kosten de kapitaalslasten worden geraamd. Deze kapitaalslasten zullen dan ten laste van de stelpost voor kapitaalslasten van nieuwe investeringen op de gemeentebegroting moeten worden gebracht. Onder de mededeling, dat de Commissie voor de Dienst voor Sport en Recreatie zich met het onderhavige plan kan verenigen, stellen wij U voor te besluitend conform het hierbij gevoegde ontwerp* Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J. Tiekstra 1-Burgemeester de Jong Secretaris. No. 10599. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN 5 Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 augustus 1971 (bijlage no. 272)5 BESLUIT 2 I. in te trekken zijn besluit d.d. 16 oktober no. 168415 II. tot de aanleg van parkeerterreinen en ontsluitingswegen c.a. aan de noordzijde van het recreatiegebied "De Kleine Wielen", overeenkomstig het bij dit besluit behorende deelplan H 15 III. voor de uitvoering van de onder I bedoelde werkzaamheden een kre diet van 5.510.000,beschikbaar te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1971 | | pagina 203