- 2 - Artikel 283 van de Gemeentewet doelt do gemeentelijke belastingen als volgt in: 1. belastingen geheven bij wego van aanslag (aanslagbclastingon) 2. belastingen geheven bij wege van voldoening op aangifte (voldooningsbe- lastingcn) 3. belastingen geheven op andere wijze. Voor de onder punt 3 geheven belastingen wordt de mogelijkheid openge laten de wijze van invordering aan de aard van de belasting en de plaatse lijke omstandigheden aan te passen. De heffing en invordering van het haven- en opslaggold vindt plaats door ambtenaren van het Markt-, Haven- en Slachthuisbodrijf. Do ambtenaar belast met do inning van het havengeld, constateert, dat lig plaats mot een vaartuig is ingenomen en int hot verschuldigde havengeld te gen afgifte van een kwijtingsbewijeIngeval een abonnement wordt genomen, verzendt do administrateur van het Harkt-, Haven- en Slachthuisbodrijf een nota, waarop hot verschuldigde havengeld in rekening wordt gesteld. Met be trekking tot hot opslaggold wordt op soortgelijke wijze gehandeld. Teneinde do wijze van invordering aan de plaatselijke omstandigheden te kunnen aanpassen is do havengeld- en opslaggeldverordening ontworpen als oen belasting, geheven op andere wijze dan bij wege van aanslag of bij wege van voldoening op aangifte. In do ontwcrp-vcrordcning is do mogelijkheid geopend op grond van arti kel 202 van de gemeentewet de aan Burgemeester en Wethouders voorbehouden uitvoering van enige wettelijke bepalingen betreffende de heffing of invor dering van hot haven- en opslaggold over te dragen aan één of meer daartoe door hen aan te wijzen gemeente-ambtenaren. Zie terzake ons voorstel inzake het markt gel cl (bijlage nr. 357 Afschrijving van belasting, waaraan door de toepasselijlc-verklaring van do Invordcringswet een wettelijke basis is gegeven, kan worden verleend door of vanwege de Raad. De Raad kan echter zijn bevoegdheid delegeren. Wij achten hot gewenst deze bevoegdheid te delegeren aan de Controleur der ge meentebelastingen Onder mededeling dat de Commissie voor hot Marktwezen en het Slachthuis zich hxcrmodc kan verenigen, stollen wij U voor te besluiten tot vaststel ling van do in ontwerp hierbij gevoegde Verordening op de heffing en invor dering van haven- en opslaggold. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. de Jong Secretaris. ITr. 13057* DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen hot voorstel van Burgemeester en Wethouders van 6 okto ber 1971 (bijlage nr. 358); gelet op de artikelen 272, lettor h en 277 van do gemeentewet; BESLUIT vast te stellen de volgende Belastbaar feit. Verordening op de heffing en invordering van haven- en opslaggeld. Hoofdstuk I. Havengeld. Artikel 1 Onder de naam van havengeld worden rechten geheven voor vaartui gen die in de gemeente ligplaats innemen in openbaar vaarwater, bij de gemeente in eigendom of in beheer en onderhoud. Begripsomschrijvingen. Artikel 2. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: 'vaartuigen": alle soorten van schepen, boten, schuiten c.d., drijven de kranen, bokken, baggermolons en zandzuigers;- :I m de eenheid waarin do toelaatbare nuttige waterverplaat sing als bedoeld in hot Koninklijk besluit van 23 decem ber 1954» Stbl. nr. 634 is uitgedrukt: ten aanzien van zeeschepen de eenheid waarin de netto- inhoud is uitgedrukt. Belastingplicht Artikel 3* Belastingplichtige is de schipper, gezagvoerder, eigenaar, gebrui ker of bewoner van het vaartuig, dat in het openbaar vaarwater lig plaats inneemt. Indien op grond van hot bepaalde in het vorige lid ten aanzien van hetzelfde vaartuig meer dan één belastingplichtige kan worden aan gewezen, zijn allen hoofdelijk voor do betaling van het havengeld aan sprakelijk, mot dien verstande, dat de betaling door de één, de aan sprakelijkheid van de ander of de andoren opheft.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1971 | | pagina 10