Ho. 17104.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van
8 december 1971 (bijlage no. 454);
BESLUIT
Betreffende de volgende aanvragen de gevraagde medewerking te verlenen:
Volg-
nr
Datum aanvraag.
Schoolbestuur
Gevraagde voorziening.
Toegepast wetsartikel
1
16 november
Vereniging voor
1 papiersnijmachine
Artikel 72 van do
1971
Protestants Chris
t.b.v. de Maria
Lager-onderwijswet
telijk Basisonder
Louiseschool
1920
wijs Leeuwarden
1 papiersnijmachine
t.b.v. de Prins Bern-
bardschool
1 papiersnijmachine
t.b.v. de Koningin
Wilhelminaschool
2.
22 september
Stichting Katholiek
Aanschaffing meubi
Artikel 72 van de
1971
Onderwijs
lair en leer- en
Lager-onderwij swet
Leeuward en
hulpmiddelen voor
de inrichting van
een handenarbeid-
lokaal t.b.v. de
Sint Thomasschool
het aanbrengen van
buitenzonwering
t.b.v. de Sint
Thomasschool
1920
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Uitbreiden Noorderbegraafplaats.
Bijlage no. 455' Leeuwarden, 8 december 1971
Aan de Gemeenteraad.
Momenteel zijn op de Noorderbegraafplaats aan het Schapendijkje alhier
nog 800 graven voor uitgifte beschikbaar.
Uitgaande van een aantal begravingen op deze begraafplaats van gemiddeld
200 per jaar, betekent dit, dat de Noorderbegraafplaats in de bestaande
behoefte aan grafruimte zal voorzien gedurende een periode van nog ongeveer
vier jaren.
Met inachtneming van het feit, dat alle grafruimten op de kortgeleden
door de gemeente in eigendom en beheer overgenomen begraafplaats, gelegen
tussen de Wirdumervaartde Oude Potmarge en de Aldlfinsdyk, zijn uitgegeven,
brengt het vorenstaande mede, dat binnen zeer afzienbare tijd zal moeten
worden overgegaan tot het aanleggen van een nieuwe begraafplaats in deze
gemeente, of tot uitbreiding van één van de bestaande begraafplaatsen.
V/ij zijn van oordeel, dat het beste in de geschetste behoefte kan worden
voorzien door een uitbreiding in noordelijke richting van de Noorderbegraaf
plaats. Tussen de geprojecteerde nieuwe rijksweg ten noorden van Leeuwarden
en de bestaande begraafplaats blijft n.l. een terrein over, dat naar onze
mening voor dit doel geschikt is gelegen. De directeur der Openbare Werken
heeft dan ook voor dit gebied een plan ontworpen, dat thans voor U ter inzage
is gelegd.
De totale oppervlakte van het gebied bedraagt plm. 4-30-00 ha. Bij
een bruto-oppervlak per graf van 9 m2 (inclusief paden en plantsoen) betekent
dit een uitbreiding van de bestaande capaciteit met ca. 4000 graven. Bij
begraven in twee lagen zullen ca. 96OO grafruimten ontstaan. Bij de bereicening
van deze getallen is rekening gehouden met de begrenzing van de nieuwe rijks
weg, zoals die thans is vastgesteld. Het moet echter niet uitgesloten worden
geacht, dat door het maken van meer rijstroken op deze weg de oppervlakte
van de nieuwe begraafplaats met maximaal 1 O^o zal worden verminderd.
De bemaling van de sloten rondom de eerdere uitbreiding van de Noorder
begraafplaats is zodanig geregeld, dat een maximaal slootpeil van 70 cra EZP
ontstaat. De uitmondingen van de drainering in het nieuwe gedeelte zullen
boven dit peil worden gelegd.
Indien nu de uiteindelijke hoogte van het maaiveld op 1,80 m EZP komt, is
het mogelijk ter plaatse in twee lagen te begraven. In verband met te ver
wachten zettingen dient dan ook het terrein in eerste instantie te worden
opgehoogd tot 2,05 m EZP. Voor een nadere oriëntatie omtrent één en ander
mogen wij U verwijzen naar de ter inzage gelegde tekeningen.
De kosten van eerste aanleg worden geraamd op 993-000,terwijl
voor later uit te voeren werken (aanleg van paden en plantsoen en inzaaien
van het overige terrein) is geraamd een bedrag van 273-000, De grond-
kosten dienen te worden gesteld op 172.000,--, zodat de totale kosten zullen
bedragen rond 1.438.000,In verband met na het samenstellen van de be
groting voor dit werk opgetreden kostenstijging ware het krediet te ramen
op 1-500000
Ingevolge de bepalingen van de Wet op de lijkbezorging mag de uitgifte
prijs van een grafruimte niet hoger zijn, dan nodig is ter voldoening der
kosten en lasten van aanleg en van de kosten van onderhoud der begraafplaats.
