- 52 - 9. Hoeveel extra leerkrachten, - in te zetten hij het kleuter- en ba sisonderwijs - zou de gemeente Leeuwarden kunnen aantrekken voor het bedrag dat wordt besteed aan de S.A.D.? 10. V/at is het rendement van de werk zaamheden van de S.A.D.? 11. Blijkens diverse actuele publica ties over de noodzakelijke bege leiding van schoolkind on school is de "taal van de huidige school" te formeel voor een grote catego rie lagere schooljeugd, afkomstig uit so.ciaal-cultureel minder be gunstigde milieus, om hen een re delijke kans op de ontplooiing van hun talenten te geven. V/at doet de S.A.D. in Leeuwarden er aan om de scholen te begeleiden ook deze leerlingen optimale ontplooiings kansen te bieden? 12. Kan uit de vermindering van het aantal aanmeldingen voor de ver schillende vormen van buitengewoon onderwijs worden geconcludeerd dat de S.A.D. erin slaagt het basis onderwijs zodanig positeif te be geleiden, dat dat basisonderwijs beter in staat is zelf deze leer lingen te helpen? Of is er geen sprake van vermindering van het aantal B.0.-aanmeldingen, zodat misschien geconcludeerd zou moeten worden dat het werk van de S.A.D. in dezen een gering effect ople vert? 13. Is het juist dat er nagenoeg geen communicatie bestaat tussen de S.A.D. en de in de provincie wer kende Federatie voor Kind en School, anders dan op bestuurlijk niveau? Het afwegen van niet vergelijkbare groot heden tegen elkaar is weinig zinvol. Het aantal extra leerkrachten, dat aange steld zou kunnen worden is mede afhanke lijk van de vraag of voor deze leer krachten v/el voldoende lokalen aanwezig zijn. Zouden deze leerkrachten v/orden aangesteld aan scholen waar geen vol doende lokaalruimte beschikbaar is, dan zou hiervoor lokaalruimte moeten worden gecreëerd. De exploitatiekosten van deze extra lokalen werken door in de onder wijskosten. Bij al deze onzekere facto ren is het niet mogelijk een exacte be cijfering te geven. Het rendement laat zich niet exact meten. Wel kan v/orden geconstateerd, dat vanuit de scholen een sterk groeiende vraag be staat naar hulpverlening door de dienst. De Schooladviesdienst doet hier recht streeks nog v/einig of niets aan. Het is een vraagstuk met een enorme problema tiek. De research die hierover is ge pleegd is nog onvoldoende. De S.A.D. staat kritisch tegenover de (dure) taal- activeringsprcgrammas die thans op de markt zijn. De toepassing hiervan op alle kinderen is ongewenst. De aanpak zal re kening dienen te houden met een bepaalde concrete (mede sociale) situatie. Haar onze mening kan er verband bestaan tussen het werk van de S.A.D. en genoem de ontwikkeling. Dit is niet juist. Er is een uitwisse ling van gegevens en adviezen. Voorts vinden er regelmatig besprekingen plaats tussen de medewerkers van beide diensten.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1972 | | pagina 56