- 35 -
Artikel XCVIII.
A. Aan artikel 227, lid- 1 wordt een tweede zin toegevoegd luidende:
Niet van toepassing is het bepaalde in dit lid voor een ventilatiekanaal
dat dient voor de ventilatie van een privaat en een badruimte in dezelfde
woning, indien de inhoud van de badruimte niet groter is dan 7
Artikel 227
d
lid 2, punt d, wordt als volgt gewijzigd:
op een hoofdkanaal waarop een keuken is aangesloten en dat niet me
chanisch wordt afgezogen, mag geen nevenkanaal van een tot een ando
re woning behorend privaat uitmonden»
C. Aan artikel 227 wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:
4» Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in lid 1, mits een
doeltreffende electrisch aangedreven afzuiging van elke ruimte is ver
zekerd.
Artikel I C.
vervallen.
Artikel C.
A. Het opschrift van artikel 243 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 243° Hoedanigheid van afvoerleidingen en het verbinden van on
derdelen van afvoerleidingen.
33. In artikel 243? lid 3 worden de woorden "de leiding" vervangen door de
woorden "liggende leidingen of grondleidingen"
C. Aan artikel 243 wordt een vierde lid toegevoegd, luidende:
4° Voor het verbinden van onderdelen van afvoerleidingen mag geen zwavel
zijn toegepast.
I)° Aan artikel 243 wordt een vijfde lid toegevoegd, luidende;
5. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regelen te stellen
met betrekking tot de samenstelling, inrichting, afmetingen en het
verbinden van afvoerbuizen en hulpstukken van afvoerleidingen en met
betrekking tot het vereiste aantal afvoerleidingen.
Artikel CI°
A. Artikel 246, wordt als volgt gewijzigd:
1Standleidingen voor huishoud- en bedrijfswater en drekstoffen moeten
zijn voorzien van een ontluchtingsbuis, welke buitendalcs uitmondt.
Hiet van toepassing is de eis van aanwezigheid van een ontluchtings
buis op een standleiding, mits:
a. op de standleiding niet meer dan één lozingstoestel is aangesloten
en de leiding niet langer is dan 4 m dan wel, indien het lozings
toestel een closetpot is, niet langer den 2 m en
