-2- Het door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten gepres-enteerde model van de brandbeveiligingsverordening bevat een aantal bepalingen met betrekking tot de, procedures ten aanzien van het tot stand komen van beschikkingen, het beroep van beschikkingen e.d. Deze bepalingen wijken niet in onbelangrijke mate af van de in deze gemeente in een aantal verordeningen gehanteerde voor schriften (o.a. de Algemene Politieverordening, de Drank- en Horecaverorde- ning, de bestaande brandweerverordening, de Bouwverordening e.d.). Wij zijn van oordeel dat het wenselijk is, dat binnen de gemeente zoveel mogelijk wordt gestreefd naar zo uniform mogelijke procedurevoorschriften. De voor de burger veelal toch al moeilijk te begrijpen procedure-voorschriften worden hierdoor vereenvoudigd, terwijl bovendien door een zo groot mogelijke uni formiteit de behandeling van met name de beroepschriften door de daarvoor aange wezen commissie wordt vergemakkelijkt. Wij hebben de betreffende bepalingen van het model dan ook vervangen door nieuwe voorschriften, zoveel mogelijk in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van de Algemene Politieveror dening e.d. Het ontwerp is voorgelegd aan de raadsadviescommissie ad hoe ter voor bereiding van verordeningen. Het verslag van de vergadering van deze commissie van 27 mei 1974 is voor U ter inzage gelegd. V/ij stellen voor de Brandbeveiligingsverordening Leeuwarden vast te stellen overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp. De bij het ontwerp behorende en daarvan deel uitmakende tabellen zijn tevens voor U ter inzage gelegd. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. de Jong Secretaris No. 7783- DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN5 Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 13 juni 1974 (bijlage no. 192); gelet op artikel 174 his van de gemeentewet; BESLUIT vast te stellen de volgende verordening met de daarbij behorende tabellen 1 tot en met 9« Hoofdstuk A, ALGEMENE BEPALINGEN. ARTIKEL 1 Werkingssfeer Deze verordening is van toepassing voor zover hetgeen zij regelt niet is voorzien bij of krachtens het bepaalde in de Bestrijdingsmiddelenwet de Brandweerwet de Hinderwet de Kernenergiewet de Mijnwet 1903 de Phosphorluciferswet 1901 de Schepenwet de Spoorwegenwet de Stuwadoorswet de Veiligheidswet 1934 de Wet gevaarlijke stoffen de Wet op gevaarlijke werktuigen de Wet van 28 februari 1891, Stbl 69, tot vaststelling van bepalingen betreffende 's Rijkswaterstaatswerken» ARTIKEL 2 Begripsomschrijvingen 1. In deze verordening en de krachtens deze verordening gestelde nadere regelen wordt verstaan onder; a. gasafvoerkanaaleen van een bouwwerk deel uitmakend kanaal voor de afvoer van verbrandingsgassen van gastoestellen; b. motorrijtuig; alle rij- of voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorbanen te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het rij- of voertuig zelf aanwezig dan wel door electrische tractie met stroomtoevoer van elders;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1974 | | pagina 225