Het lijkt ons in dit verband goed nog even terug te komen op de groei van het uitgavenniveau (voorzieningenpeil) in de beleidsperiode 1976-1980. Die groei, waarbij wij in het bijzonder denken aan de jaar lijkse toeneming van de kapitaallasten tengevolge van de uitvoering van investeringsplannen, kon slechts tot het in het plan opgenomen niveau worden opgenomen tengevolge van de "saneringsmaatregelen" in de beleidsperiode 1975-1978. Die maatregelen leveren in elk van d-ie jaren een belangrijke nieuwe bijdrage aan de vrij besteedbare ruimte. Na 1978 valt de verdere groei van de bijdrage weg. Voor groei in de jaren na 1978 zijn dan alleen beschikbaar de normale 35° stijging van de gemeentefondsuitkering en verder structurele verhogingen van doeluitkeringen en eigen heffingen. De overweging, dat die ontwikke ling zou leiden tot begrotingstekorten in de jaren na 1980 heeft ons doen concluderen, dat het in het beleidsplan 1975-1978 voorziene groeitempo niet kan worden gehandhaafd. Met name in de investerings sector zullen wij - ais er geen nieuwe nog niet in het nieuwe beleids plan opgenomen blijvende inkomsten komen - de pas moeten inhouden. Omdat de ontwikkeling naar teruglopende begrotingsoverschotten en later naar tekorten zich in 1979 3-1 begint af te tekenen, hebben wij als eerste aanzet voor de jaren 1979 en 1980 voor investeringen op het terrein van de civieltechnische werken al een zekere matiging geraamd. Ook voor nieuwe straten en plantsoenen is met ingang van 1979 een lagere budgetuitzetting geraamd. Wij zijn ons er van bei-rust, dat het meer met elkander in overeenstem ming brengen van de normale groei der inkomsten enerzijds en de budgetuitzetting anderzijds nog een zeer moeilijke zaak zal zijn. Ongetwijfeld zullen wij als het beleidsplan voor de jaren 1977 tot en met 1981 aan de orde komt, U hierover voorstellen moeten doen. Wij zijn voornemens ons in het komende jaar over deze problematiek nader te beraden. Bij het samenstellen van de ontwerp-begroting voor 1976 en het ontwerp beleidsplan hebben wij niet aan alle uit de verschillende beleids sectoren naar voren gebrachte wensen kunnen voldoen, In een aantal gevallen is slechts ten dele voldaan, aan hetgeen als urgent moest worden aangemerkt. Hierbij willen wij in het bijzonder noemen de sector stadsverniewing, die in de komende jaren veel energie en geld zal vragen. Veel zal afhangen van de mate van financiële medewerking van de rijksoverheid.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1975 | | pagina 13