i *1 Jft
-50-
186,
187,
188,
109,
191.
In hoeverre zijn de op pag.
61 vermelde subsidiebedragen
van 100.000,resp.
250.000,voor de School
adviesdienst "hard" te noemen?
F. Diverse onderwinsvoorzieningen.
Op welke wijze wordt door de
Inspectie voor de Lichamelijke
Oefening het gymnastiekonder
wijs op de scholen begeleid?
Welke zijn de criteria voor
het organiseren van de zo
genoemde schoolsport toer
nooien?
190.
Is het uw bedoeling om op
kortere of langere termijn
de amateurafdeling en de vak
opleiding van hot Gemeentelijk
Muziekinstituut volkomen te
splitsen en de eerstgenoemde
onder te brengen in het
Kreativiteitscentrum?
Of staat u een wat lossere
band met het Krcativitoits-
centrum, die vorm zou kunnen
vindon in het maken van
onderlinge werkafspraken,
voor ogen?
Zou het in beide gevallen
geen aanbeveling verdienen
het Muziekinstituut, ook be
grotingstechnisch, onder
het hoofd Welzijnszorg te doen
vallen?
186. Leeuwarden neemt deel aan de
gemeenschappelijke regeling en
heeft uit dien hoofde recht op
een evenredig deel van het rijks
subsidie ten behoeve van het
onderwijsbegeleidingswerk in
Friesland. Derhalve hebben wij
voor 1976 100.000,en voor
de volgende jaren 250.000,
opgenomen.
187. Door het afleggen van bezoeken
aan de scholen, het voeren van
besprekingen met de onderwijs
krachten en hot meewerken aan
het ontwikkelen van het leerplan
mot betrekking tot het gym
nast i eko n de rwi j s
188. Er zijn geen criteria. Do toer
nooien worden voor alle scholen
voor lager en voortgezet onder
wijs in de gemeente Leeuwarden
georganiseerd die aan de uit
nodiging tot deelname gevolg
geven.
189.
190,
Wij hopen binnenkort do raad voor
te stellen het G.M.I. te splitsen
in 2 afzonderlijke scholen, te
weten een muziekschool en de
muziekpedagogischo akademie. Het
ligt niet in ons voornemen thans
aan do raad voor te stollen de
Muziekschool onder te brengen
bij het Kreativiteitscentrum.
Wij achten het wenselijk dat
beide instellingen nagaan op
welke punten samenwerking
mogelijk is.
Deze samenwerking kan o.i. voor
lopig gestalte krijgen in de
vorm van onderlinge afspraken,
ook m.b.t. een juiste afbakening
van activiteiten. In ieder geval
stroven wij naar een goede
coördinatie
191. Wij beraden ons hierover.
Verwezen wordt naar het antwoord
op vraag 8.