-57-
205» H°e kan gestimuleerd worden
dat in de Yegelinbuurt van
de Instandhoudingsregeling
gebruik wordt gemaakt?
210o Op welke gebieden is u1^ 210.
college voornemens de In
standhoudingsregeling in
de eerstkomende vier jaar
van toepassing te verklaren?
211. Is het ook bij uw college 211.
in overweging om tegelijk
ir.et het aanwijzen van een
wijk(je) tot Instandhoudings-
gebied een zogenaamd ver
scherpt aanschrijvingsbeleid
te voeren, zoals ook in an
dere steden (b.v. Amsterdam
en Groningen) wordt gevoerd?
212. Is het in principe mogelijk 212.
dat het woningcomplex ten
oosten van de Doniastraat
(eigendom woningbouwvereni
ging Leeuwarden-Leeuwardera-
deel) in aanmerking komt
voor de Instandhoudingsrege
ling en zo ja, is uw college
voornemens dit op afzienbare
termijn te bevorderen?
213» Is de werkgroep welke verle- 213»
den jaar door het college is
ingesteld om het probleem
rond het nadelig rentever-
schil terzake verstrekte
woningbouwleningen (zie
vraag 292, beleidsplan 1975—
1978) gereedgekomen met haar
studie?
Zo ja, wat is de uitslag
daarvan?
vrij korte termijn (10 jaar) zijn nut
afwerpt en het feit dat thans de de
finitieve bestemming van dit gebied
nog niet bekend is een negatieve in
vloed hebben op het goed. functioneren
van de regeling.
Wij zijn van mening dat getracht moet
worden de gehele Yegelinwijk met toe
passing van de Instandhoudingsregeling
weer voor een periode van 10 jaar voor
bewoning geschikt te maken.
Yerder zijn wij, zoals wij op blz. 92
van het beleidsplan 1976 - 1980 hebben
weergegeven, voornemens na te gaan op
welke delen van de binnenstad de In
standhoudingsregeling in de komende
jaren van toepassing kan worden ver
klaard. Conform het gevoelen van de
raad hebben wij in het beleidsplan
financiële ruimte geschapen voor 150
woningen per jaar.
Wij zullen ons hierover nader beraden
nadat wij kennis hebben genomen van
het rapport bedoeld in het antwoord
op vraag 136.
Het bestuur van de Woningstichting
Leeuwarden-Leeuwarderadeel heeft ons
laten weten dat het niet voornemens
is aan dit complex bijzonder onder
houdswerk te verrichten en dat men
streeft naar amovatie binnen een tijds
bestek van 5 jaar. Toepassing van de
Instandhoudingsregeling voor dit
complex komt ons daarom niet zinvol
voor.
Zoals wij in het antwoord op de door
vragensteller bedoelde vraag 292 van
het beleidsplan 1975-1978 hebben
weergegeven wordt van rijkswege ge
werkt aan de oplossing van de pro
blemen van nadelige renteverschillen
van door de gemeente verstrekte lenin
gen aan woningcorporaties» Het resul
taat daarvan wordt eerst afge:wacht.