-63-
Welke maatregelen ter bestrij
ding van de jeugdwerkloosheid
hebben uw volle aandacht? U
merkt op dat "de maatregelen"
tot dusverre helaas niet tot
resultaten hebben geleid»
In die verband rijst bij mij
vervolgens de vraag of het
aanpassen van trottoirs (het
maken van opritjes) zich in
derdaad niet leent voor uit
voering in het kader van de
Interimregeling Jeugdige
Werklozen» Uw motivering in
de brief aan de A.N.I.B. en
de St. Revalidatie d.d» 20
aug. 1975 V.O.W. 2722 HD/H F
luidende
"Hot is ons namelijk gebleken
dat de kosten van toezicht
dermate hoog zijn, dat de
aangehaalde regeling nauwe
lijks een besparing geeft op
de totale kosten van het pro
ject" is niet overtuigend
voorzover het betrekking
heeft op de bestrijding van
de jeugdwerkloosheid. Hoe
stelt u zich voor de noodza
kelijke aanpassingen wel te
realiseren?
Welke projecten zijn door u
in het kader van de Interim
regeling Jeugdige Werklozen
bij de R.C.O.W. ingediend?
228. In het kader van de bestrijding
van de jeugdwerkloosheid heeft
de rijksoverheid o.m. een bedrag
beschikbaar gesteld, bedoeld voor
de subsidiëring van projecten,
waarbij jeugdige werklozen tot
23 jaar kunnen worden ingeschakeld
Wij hebben op. het ogenblik in het
kader van de Interimregeling 0
Jeugdige Werklozen 8 jeugdigen
bij diverse diensten en afdelingen
te werk kunnen stellen» Het is ons
bekend dat bij diverse plaatse
lijke instellingen personen zijn
geplaatst» (zie ook ons antwoord
op vraag 258).
Het aanbrengen van opritjes kan
worden gerekend tot het moeilij
ker straatwerk, in verband waarme
de er voortdurend leiding en toe
zicht aanwezig zou moeten zijn.
De daaraan verbonden kosten zijn
dermate hoog dat toepassing van
de bedoelde regeling, gezien de
hoogte van de vergoeding per man-
week, nauwelijks of geen bespa
ring zou opleveren.
Het aanbrengen van opritjes wordt
thans in fasen (en al dan niet
in het kader van herstratingswerk-
zaamheden) uitgevoerd, zulks in
overleg met de Algemene Nederland
se Invaliden Bond (A.N.I.B.
229» Bij het R.C.O.W» zijn tot op he
den de zes volgende objecten aan
gemeld;
a. verrichten van technische werk
zaamheden op het gebied van
hout en metaal c.a. (inrichten
van tentoonstellingen enz. in
het museum Princessehof);
b. voltooiing van het documenta-
tie-archief in het museum
Princessehof
c. inventarisatie van kunstvoor
werp en 5
d. schilderen van schrikhekken,
vonders, bruggen en hooghouten;
e. schilderwerkzaamhedcn aan
schaftlokalen en banken;
f. bijwerken van het archief voor
wat betreft oppervlakten, te
keningen e.d. (ten behoeve van
de afdeling Plantsoenen D.S.O.)
De genoemde objecten zijn inmid
dels voor uitvoering vrijgegeven.