- 83 -
Zijn bij de besprekingen over
de herverdeling van subsidie-
lasten tussen rijky provincie
en gemeente de plannen die
het Priesch Natuurhistorisch
Museum heeft over taakuit
breiding en die zullen leiden
tot het aantrekken van een
tweede kracht onderwerpen
van gesprek geweest?
284. Volgens het beleidsplan en de
begroting 1976 zou het Pries
Natuurhistorisch Museum in
1976 en volgende jaren niet
meer dan 80000,per jaar
ontvangen, zijnde uitsluitend
de huisvestingskosten. Ik kan
niet aannemen dat dit inder
daad de bedoeling is, vooral
ook naar aanleiding van uw op
merking dat er met de provin
cie nog verder overleg zal
plaatsvinden.
Iloe is de stand van zaken mo
menteel?
In v/elke richting gaan uw ge
dachten om tot een goede sub
sidieregeling te komen?
Bij informatie is mij geble
ken dat het rijk al toezeg
gingen heeft gedaan. Be rea
lisatie van deze toezeggingen
hangen echter af van hetgeen
provincie en gemeente gaan
doen.
285. Bent u bereid de suggestie
in de nota Kunstbeleid te vol
gen om 25% bij te dragen in de
salariskosten van conciërge?
286. Waarin bestaat de relatie tus
sen de subsidiëring van het
Priesch Natuurhistorisch Mu
seum en de subsidieverstrek
king aan het P.L.M.B., waar
over verder overleg met de
provincie plaatsvindt?
Het rijk heeft zich inmiddels be
reid verklaard om 1/5 deel van de
exploitatielasten van het Priesch
Natuurhistorisch Museum te dragen.
Naar aanleiding hiervan hebben ge
deputeerde staten ons voorgesteld
dat rijk, provincie en gemeente
ieder 13 deel van de exploitatie
kosten van dit museum voor hun re
kening zouden nemen. Hiertegeno
ver stelt de provincie voor om
zelf, samen met het rijk het
Prysk Letterkundich Museum en Bo-
kumintaesjesintrum voor 100% te
subsidiëren.
Aan dit museum draagt het rijk
60% van de exploitatierekorten bij
in het kader van steun aan de
Priese taalpolitiek. Hiermee komt
de vergoeding van de huisvestings
kosten van het Prysk Letterkundich
Museum en Bokumintaesjesintrum
door de gemeente Leeuwarden te ver
vallen.
Wij menen dat deze regeling alles
zins aanvaardbaar is en zeker de
mogelijkheden binnen het Pries
Natuurhistorisch Museum verruimt.
Op deze wijze wordt o.i. op vol
doende wijze tegemoetgekomen aan
de voorstellen in de nota Kunst
beleid van de Culturele Raad.
Wij menen voorts dat vergoeding
van 1/3 deel in de exploitatie van
het Pries Natuurhistorisch Museum
een juiste weergave is van het
belang dat de gemeente Leeuwarden
bij dit Museum heeft. Het Prysk
Letterkundich Museum en Bokumin
taesj esintrum beschouwen wij als
een zaak van provinciaal c.q.
rijksbelang. Een en ander houdt in
dat de gemeente in 1976 6.000,
in totaal meer moet bijdragen dan
thans het geval is bij de subsi
diëring van Pries Natuurhistorisch
Museum en het Prysk Letterkundich
Museum en Bokumintaesjesintrum te
zamen 12.000,meer voor het
Pries Natuurhistorisch Museum, ter
wijl de 6000,voor het Prysk
Letterkundich Museum en Bokumin
taesj esintrum vervalt). Wij stel
len u voor, om een gunstige ont
plooiing van het Pries Natuurhisto
risch Museum mogelijk te maken,
met het voorstel van gedeputeerde
staten accoord te gaan.