- 2 -
Afwijkende standpunten' wi jkbevolking en middenstand.
Hot standpunt van de belanghebbenden blijkt onder neer uit de aparte kaart
van het plangebied "Voorstel kijk", welke is gevoegd bij het rapport van
de projectgroep»
he noofdverschillen net de projectgroep geven wij hieronder weer.
Tevens wordt samengevat om welke redenen de projectgroep do voorstellen
van de wijk niet heeft gevolgd.
1. He wijk wenst het gebied Hoeksterplcin e.o. (gebied A op tekening 9
van het rapport) ook in het reha/bilitatiegebied te betrekken.
Op deze 124 woningen is door de Minister de z.g. "instandhoudings
regeling" van toepassing verklaard. Bit houdt in dat binnen 10 jaar een
beslissing moet vallen omtrent het saneren dan wel rehabiliteren van dit
complex. Een nader onderzoek zal moeten uitwijzen in hoeverre de bouw-,
woontechnische- en stedebouwkundige kwaliteiten voldoende perspektief
bieden voor het laten voortbestaan van de woningen(alle woningen, een
gedeelte daarvan of nadat de woningen in een bepaalde vorm zijn samen
gevoegd) Om het gebied - totdat een beslissing kern worden overwogen -
voor verpaupering te behouden is juist de "instandhoudingsregeling" toege
past. Op grond van deze overwegingen heeft de projectgroep gemeend voors
hands dit gebied van het te rehabiliteren gebied uit te zonderen.
2. Er Destaat verschil van inzicht over de mogelijke wijze van rehabiliteren
van de gebieden tussen de Leliestraat en de Pieterseliestraat en de
Bokkumorstraat e.o, Be bewoners van het eerste gebiedje'willen graag
eerst nadere informatie alvorens zij een oordeel willen geven omtrent het
slopen van woningen. Be bevolking van het tweede gebiedje wil in het geheel
geen sloop. Noodzakelijke ruimte kan volgens deze groep worden gecreëerd
door verwijdering van het pand, dat in gebruik is bij het Woningbedrijf.
Be projectgroep stelt zich op het standpunt dat het ter verkrijging van een
zodanige stedebouwkundige situatie dat een aantrekkelijk leefmilieu is
verzekerd, noodzakelijk is bepaalde straatwanden te slopen. Omdat het
"ruimte scheppen" in deze gebieden op meer dan één manier kan worden
opgelost en nader overleg en ondersoek wenselijk is, zijn beide gebieden
niet verder uitgewerkt en op het "Voorkeursmodel" als vlek aangegeven.
3. Be wijlcbevolking wenst de westelijke woonbebouwing langs Oldegalileën
zoveel mogelijk te handhaven. Zij ziet deze bebouwing als historisch
typerend langs deze straat, welke nog steeds als centrale as wordt
beschouwd.
Be projectgroep -is van mening dat gezien de slechte bouw— en woontechnische
kwaliteiten deze bebouwing niet kan worden gehandhaafd.
Voorzover in het voorkeursmodel woningbouw is aangegeven zal deze aan
de schaal van de omringende bebouwing moeten zijn aangepast.
4. Be wijk heeft ernstige bezwaren tegen de mogelijke universiteitsbouw
op de gemeentewerfEen van de argumenten is dat juist op deze plaats
woningen kunnen worden gebouwd voor diegenen van wie in het kader van
de rehabilitatie de woningen moeten verdwijnen. Be projectgroep deelt de
mening van de wijk, doch heeft gemeend, in verband met eerder gedane
beleidsuitspraken met betrekking tot het Hoger Onderwijs, voorshands ook
de mogelijkheid van universiteitsbouw ter plaatse ópen te moeten laten.
- 3 -
5. Be door de bevolking gewenste wegenstruktuur wijkt in principe nauwelijks
af van de bestaande. Om het doorgaande verkeer te beperken en do typische
woonstraten hun functie terug te geven acht men het gewenst in diverse
straten eenrichtingsverkeer in te stellen en van andere woonstratcn te
maken.
Be projectgroep wil eenrichtingsverkeer beperken om onnodig omrijden en
extra belasten van andere straten te voorkomen. Naar de mening van de
groep leent de straat Oldegalileën zich uitstekend voor de functie van
wijkverdoelweg. Voorwaarde daarbij is wel dat een zuidelijke aansluiting
op het stedelijk wegennet (i.e. Groningerstraatweg) wordt verkregen. In
verband hiermede zal de Groningerstraat moeten worden verbreed ten koste
van de zuidelijke straatwand.
Be wi jlcbevolking is het niet eens met de wegenstruktuur zoals die is
weergegeven op kaart 6 van het rapport. Beze kaart geeft de uitwerking
weer van het secundaire wegennet, gebaseerd op de door de Gemeenteraad
aanvaarde schets van de hoofdwegenstruktuur, welke wordt gebruikt in
het rekenmodel voor het gemeentelijk verkeers- en vervoersplan. Hierbij
wordt de Goudenregenstraat afgesloten van de Prof. Mr. P.S. Gerbrandyweg
en een brug over de Boklcumer Ee gelegd»
Be wi jlcbevolking vreest dat door het maken van laatstgenoemde verbinding
extra verkeer door de wijk zal rijden.
Be projectgroep is van mening dat vanuit de wijk bekeken voorshands geen
noodzaak bestaat om de Goudenregenstraat af te sluiten van de Prof. Mr. P.S.
Gerbrandyweg en tot aanleg van een brug over de Boklcumer Ee. (zie ook bïz.
33/34 van het rapport).
6. Het schoolplein bij de Koningin Emmaschool en de speelplaats bij het
gymnastieklokaal aan Oldegalileën, thans onderling gescheiden door een
stenen muur, dient tot één speelplaats te worden samengevoegd en te worden
ingericht voor verschillende speelmogelijkhoden.
7. Be parkeerdruk welke op de wijk wordt gelegd door bezoekers van "de
Open Hof" wil de wijk niet zien opgelost door het aanleggen van extra
parkeerplaatsen in de wijk. Voorgesteld wordt het schoolplein van de
tegenoverliggende Bijenhofschool in de avonduren open te stollen voor het
parkeren van auto's van bezoekers van "de Open Hof".
Op deze laatste twee punten, welke niet in het rapport zijn verwerkt, komen
wij hierna terug.
Advies Raad voor de Volkshuisvesting.
Be Raad voor de Volkshuisvesting heeft bij brief van 18 augustus 1975
advies uitgebracht omtrent het rapport Oldegalileën. Bit advies ligt voor U
tij de stukken ter inzage. Samengevat is hetstandpunt van de Raad:
a. met uitzondering van een aantal, gebiedjes, zoveel mogelijk sloop van woningen
gevolgd door nieuwbouw;
t. primair gemeentewerf reserveren voor woningbouw;
c. bedrijven ten westen van Oldegalileën verwijderen en in de plaats daarvan
woningen bouwen.
Be projectgroep is van mening dat een vergelijking van het advies en zijn
rapport in wezen niet goed mogelijk is. Be projectgroep gaat uit van
rehabilitatie van de wijk, terwijl de Raad voor de Volkshuisvesting een bijna
algehele reconstructie voorstaat. Be projectgroep meent voorts dat niet tot
verwijdering van de bedrijven behoeft te werden overgegaan. Onder meer is zij
van oordeel dat tot nu toe niet is gebleken, dat de bedrijven zodanige hinder
veroorzaken, dat tot verplaatsing moet worden overgegaan.