- 4 -
Lid 5 noemt als dringende reden de omstandigheid dat aannemelijk is,
dat de betrokken grond binnen vijf jaar wordt aangekocht of onteigend.
Tegen deze termijn hebben reclamanten bezwaar, omdat op deze manier de
vrijstelling vijf jaar lang kan worden opgeschort. Wij kannen er mee
instemmen, dat deze termijn, overeenkomstig het verzoek van reclamanten,
op twee jaar wordt gestelde
Naar onze mening kunnen deze bezwaren gegrond worden verklaard.
Bereikbaarheid bedrijven langs Camstraburen en Bokkumertrekweg.
Voorts hebben verschillende heclamahteh bezwaren tegen het ontwerp-
bestemmingsplan omdat de bestaande aansluiting van Camstraburen-Bokkumer-
trekweg op de Spanjaardslaan vervalt en slechts voor fietsers blijft
gehandhaafd. Zolang aan eerst genoemde straten bedrijven zijn gevestigd
dient naar het oordeel van reclamanten deze voorgestelde afsluiting voor
auto's niet te worden gerealiseerd.
Met betrekking tot dit bezwaar merken wij in het algemeen het
volgende op.
Als goede fietsroute tussen de binnenstad en Bilgaard verwachten wij
t.z.f. een relatief groot aantal fietsers op de weg Camstraburen. Uit een
oogpunt van verkeersveiligheid, i.e. de veiligheid voor de fietsers, achten
wij het niet juist op dit weggedeelte autoverkeer toe te laten. Bovendien
zou het ontsluiten van Camstraburen vanaf de Spanjaardslaan in de hand
werken, dat het autoverkeer deze weg en de Dokkumertrekweg als een alter
natieve route (sluiproute) tussen de binnenstad, en Bilgaard gaat gebruiken.
Wij zijn van mening, dat de bedrijven, zolang deze daar nog zijn gevestigd,
Voldoende per auto bereikbaar blijven via de geprojecteerde weg ten oosten
van het Rengerspark, de daarvan aftakkende weg in oostelijke richting en
Camstraburen. Reclamanten worden o.i. niet zoqLanig in hun belangen aange
tast, dat het plan zou moeten worden gewijzigd. Het toelaten van zgn.
bestemmingsverkeer zoals één reclamant suggereert, is uit een oogpunt van
controle ondoenlijk.
Wij zijn van mening, dat deze bezwaren ongegrond dienen te worden verklaard.
Met betrekking tot de ingediende bezwaarschriften merken wij voorts het
volgende op.
Ad 1.
Be bezwaren van reclamant Engelen, die bij hetzelfde bezwaarschrift
op dezelfde gronden tevens bezwaren maakt tegen het plan Camstraburen-Noord
zijn op de volgende overwegingen gebaseerd'.'""
1. Het is onrealistisch een dergelijk kompleks zo te plaatsen dat uitbrei
ding in de toekomst bijzonder moeilijk wordt.
2. Een dergelijk kompleks betekent een onzorgvuldige en te grootschalige
aantasting van de bufferzone die nu nog bestaat tussen oud (stad) en
nieuw (Bilgaard). Be grootschaligheidzou bovendien als een speerpunt
de oudere stadsbebouwing binnendringen en zo' een nog zwaardere druk gaan
leggen "op de omringende buurten.
3. Het betekent een onaanvaardbare bedreiging voor kinderboerderij, Rengers
park en Begraafplaats.
4. Gezien de omvang en bouw van het kompleks lijkt het verstandig het in
een nieuwbouw-wijk te situeren.
Met betrekking tot dit bezwaarschrift merken wij het volgende op.
Aanvankelijk was in het structuurplan voor de gehele gemeente de
Bullepolder aangewezen als gebied ten behoeve van toekomstige universitaire
vestigingen. Bij het aanvaarden door Uw raad van de eerste fase van dit
structuurplan is o.m. dit gebied buiten de vaststelling gehouden. Ervaringen
elders, o.a. in Groningen, hadden reeds uitgewezen,datzoveel relaties
met de binnenstad aanwezig (moeten) zijn, dat een dergelijk excentrisch
gelegen terrein niet meer in aanmerking kwam.
Buidelijk is gewordenr dat de universitaire' vestiging zo dicht mogelijk
bij dé binnenstad diende te worden gesitueerd. Na uitvoerige studies
bleek slechts het terréin, gelegen binnen de onderi-rerpelijke plannen in
aanmerking te komen. ->■ vfT.
Verwacht wordt, dat het totale terrein van 10 a 12 ha de eerstkomende jaren
in de behoefte kan voorzien.
Naar onze' mening is reclamant's vrees voor een onzorgvuldige en grootscha
lige aantasting van dit gebied ongegrond. Be maximum bebouwingshoogten
variëren (van zuid naar noord gerekend), van 10 a 12 m tot 15. m. Op deze
wijzb draagt het onderhavige bestemmingsplan er toe bij, dat jpist een
stedebouwkundigo aanvaardbare overgang wordt verkregen tuss-on de binnen
stad en de nieuwe stadswijk Bilgaard."
Boor Uw raad is reeds duidelijk uitgesproken, dat het terrein van de
kinderboerderij niet mag worden opgeofferd aan de universiteitsvestiging.
Be onderhavige bestemmingsplannen tasten noch de kinderboerderij, noch
het Rengerspark en de Algemene Begraafplaats aan.
Gezien het vorenstaande dienen de bezwaren van reclamant naar onze
mening dan ook ongegrond te worden verklaard.
Ad 2.
Be bezwaren van de Koninklijke Vereniging "Be IJsclub", die op dezelfde
gronden eveneens tegen het ontwerp-bestemmingsplan Camstraburen-Zuid be
zwaar heeft, komen in het kort op het volgende neer.
1. Be vestiging van een universiteit te Leeuwarden doorkruist het voor
nemen van reclamant om haar recreatieve functie uit te breiden door het
aanleggen van een kunstijsbaan.
2. Zij is echter voorshands van mening, dat de ijsbaan niet behoeft plaats
te maken voor de vestiging van een universiteit. Naar haar' mening kan
de huidige baan, met opstallen en de aan te leggen kunstijsbaan wel een
integrerend onderdeel vormen van het universiteitscomplex.
3. Mocht zulks niet mogelijk zijn, dan dient'eerst zorgvuldig te worden
onderzocht of de universiteit'elders in Leeuwarden kan xrorden gevestigd.
4. Reclamant is van mening, dat de mogelijkheid bestaat het plan Camstra
buren-Noord in westelijke richting te verplaatsen.
Met betrekking tot vorendtaande bezwaren merken wij het volgende op.
Handhaving van de ijsbaan is gelet op de totale ruimtebehoefte voor de
hoger onderwijsvoorzieningen, waarover wij elders in deze Raadsbrief een
uiteenzetting hebben gegeven, niet mogelijk. Bovendien moot ten behoeve
van de ontsluiting van de hoger onderwijsterreinen gebruik worden gemaakt
van het terrein van de ijsbaan. Hiervoor hebben wij reeds uiteengezet waarom
de plaatskeuze voor de universitaire vestiging op dit gebied is gevallen.
Teneinde de toekomstige bestemming voor onderwijsdoeleinden te kunnen ver
wezenlijken zal te zijner tijd tot verplaatsing van.de ijsbaan'moeten worden
overgegaan. Naar onze mening is het. niet uitgesloten een vervangend terrein
te vinden, waarop een nieuwe ijsbaan kan worden aangelegd met "de mógelijk
heid op dat terrein in een later stadium een kunstijsbaan te realiseren. Be
door reclamante gesuggereerde verplaatsing van het gebied Camstraburen-Noord
in westelijke richting is in het kader van het onderhavige bestemmingsplan
niet relevant.
In verband met het vorenstaande zijn wij van mening, dat de bezwaren
van reclamante ongegrond dienen te worden verklaard.
Ad 3.
Bouwbedrijf Be Vries heeft op een tweetal" punten bezwaar tegen het
ontwerp-bestemmingsplan, t.w.
1. het in het plan opgenomen verbod tot het bouwen en gebruiken van
bouwwerken t.b.v. een detailhandel;
2. de afsluiting van zijn bedrijf vanaf de Spanjaardslaan.